Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Pallas, deel 1

12 12A (met puntkomma en in Griekse letters)

Jaar 3 (Gymnasium)

η ψυχη = ziel, leven; geest, leven; schim, leven; ziel, geest, schim, leven
ομοιος = gelijk aan; gelijkend op; gelijk aan, gelijkend op
εμου, μου = (van) mij; mijn; van mij; mijn; (van) mij, mijn; van mij, mijn {genitivus pers. vnw.}
ταχα = snel; spoedig; snel, spoedig {bijwoord)
θαπτω = begraven
παρειμι = aanwezig zijn
ο νεκρος = lijk, dode; lijk; dode
εισβαινω = ingaan, komen in; ingaan; komen in
τι (zonder accent!), (τινος) = iets, enige; iets, enig(e) {1 is zelfstandig gebruikt, 2 is bijvoeglijk gebruikt}
το σωμα (σωματος) = lichaam
ο πατηρ (πατρος) = vader
σου, σου = (van) jou, jouw; van jou, jouw; jou; jouw {genitivus pers. vnw.}
τρεφω = voeden, opvoeden
ο/η παις (παιδος) = kind (zoon, dochter), slaaf; kind, slaaf
σύνειμι + dat. = samenzijn met, omgaan met; samenzijn met; omgaan met
ταυτα = dit, dat; dit; dat {onz. meervoud nom. +acc}
η χειρ (χειρος) (dat. mv. χερσιν) = hand, arm; hand; arm
η χθων (χθονος) = aarde, grond; aarde; grond
καταβαινω = naar beneden gaan, afdalen; naar beneden gaan; afdalen

Ingezonden op 30-03-2011 - 2985x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 01-04-2011.
Waardering 8 (aantal stemmen: 24)

voting system
1
2
3
4
5

als er iets niet klopt met die synoniemen ofzo, dan zeg je het maar, dan verander ik het. Als er twee verschillende betekenissen zijn, moet je ze allebei noemen! Bij 1. ..., 2. ... Snap je? Mooizo!!

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Pallas, deel 1

12 12A (met puntkomma en in Griekse letters)