Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

groep 6, deel 8

86465 les 5

Jaar 6 (basisschool)

Kleine Gijs *begrijpen (t.t.)* opa = Kleine Gijs begrijpt opa
Opa *worden (t.t)* oud = Opa wordt oud
Kleine Gijs *drukken (v.t.)* op de knop = Kleine Gijs drukte op de knop
Er *praten (v.t.)* iemand = Er praatte iemand
Opa *strelen (v.t.)* zijn wang = Opa streelde zijn wang
Opa *zetten (v.t.)* zijn bril op = Opa zette zijn bril op
*Antwoorden (v.t.)* opa kleine Gijs? = Antwoordde opa kleine Gijs?
Grote zus *bemoeien (t.t.)* zich ermee = Grote zus bemoeit zich ermee
Opa *schudden (t.t.)* zijn hoofd = Opa schudt zijn hoofd
Grote zus *beloven (t.t.)* kleine Gijs te helpen = Grote zus belooft kleine Gijs te helpen
Opa *vinden (t.t.)* dat fantastisch = Opa vindt dat fantastisch
Opa *zuchten (v.t.)* typisch = Opa zuchtte typisch
Hij *zijn (t.t.)* heel humoristisch = Hij is heel humoristisch
Dat *vinden (t.t.)* de kinderen fantastisch = Dat vinden de kinderen fantastisch
Opa *straffen (v.t.)* de kinderen nooit = Opa strafte de kinderen nooit
Dat *verwachten (v.t.)* de ouders ook niet = Dat verwachtten de ouders ook niet

Ingezonden op 16-04-2011 - 2023x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Taal op maat /spelling/groep 6, deel 8

86465 les 5