Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

2e klas, deel 2

2 Frans Hoofdstuk 1

Jaar 2 (Gymnasium)

les vacances (v) = de vakantie
en vacances = met vakantie
les Pyrénées = De Pyreneeën
le camping = de camping; het kamperen
faire du camping = kamperen
rigolo = grappig
le jour = de dag
tous les jours = alle dagen; elke dag
l'escalade (m) = het rotsklimmen
faire de l'escalade = aan rotsklimmen doen
passionnant = spannend
et puis = en verder
faire du foot = voetballen
le cours = de les
le cours de tennis = de tennisles
le tennis = het tennissen
la copine = de vriendin
un an = een jaar
Elle a 15 ans = Ze is 15 jaar
le cheval = het paard
faire du cheval = paardrijden
la fin = het einde
comme prévu = zoals voorzien; zoals afgesproken
la plage = het strand
souvent = vaak
le kilomètre = de kilometer
on peut = men kan; we kunnen
pouvoir = kunnen
seulement = alleen
Il va bien = Het gaat goed met hem
le jogging = het joggen
faire du jogging = joggen
le pauvre = de zielepiet
la boîte = de discotheek
cool = cool
nul= niets waard
bientôt = spoedig gauw
à bientôt = tot gauw
Quel âge as-tu? = Hoe oud ben je?
l'âge = de leeftijd
le sport = de sport

Ingezonden op 05-09-2011 - 2015x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 12-09-2011.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

2e klas, deel 2

2 Frans Hoofdstuk 1