Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Deutsch im Unterricht
› 5 Woorden allemaal
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Deutsch im Unterricht
, deel 2
5 Woorden allemaal
Jaar 2 (mavo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
der Topf = de pan, pot der Teller= het bord kochen = koken der Koch = de kok essen = eten trinken = drinken du/er isst =jij/hij eet das kostet €0,80 = dat kost 80 eurocent das kostet € 3,10 = dat kost 3 euro tien das Rezept = het recept ich bin= ik ben du bist = jij bent er ist= hij is sie ist = zij is es ist = het is wir sind = wij zijn ihr seid = jullie zijn sie sind = zij zijn Sie sind = u bent ich habe = ik heb du hast = jij hebt er hat = hij heeft wir haben = wij hebben ihr habt = jullie hebben sie haben = zij hebben Sie haben = u heeft wachsen = groeien süß = zoet kleben = plakken der Kaugummi = de kauwgum klettern = klimmen der Baum = de boom die Bäume = de bomen die Verpackung = de verpakking die Fabrik = de fabriek der Zucker = de suiker die Erdbeer = de aardbei die Pfefferminze = de pepermunt der Geschmack = de smaak pressen = persen kneten = kneden fertig = klaar bemalen= beschilderen das Benzin = de benzine der Sprit = de benzine die Tankstelle = het benzinestation das Besteck = het bestek der Löffel = de lepel die Gabel = de vork das Messer = het mes der Zahn = de tand die Zähne = de tanden der Delphin = de dolfijn der Schimpanse = de Chimpansee der Löwe = de leeuw der Elefant = de olifant die Giraffe= de giraf gleich = hetzelfde verschlucken = doorslikken, verslikken fressen = eten das Raubtier = het roofdier nützlich = handig der Trick = de (goochel)truuk das Fleisch = het vlees der Salat = de sla türkisch = Turks die Heimat = het geboorteland die Mahlzeit = de maaltijd der Reis = de rijst der Snack = de snack die Portion = de portie hell = licht dunkel = donker die Karotte = de wortel knusprig = knapperig
Ingezonden op 05-10-2011 - 618x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!