Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Piccolo vocabolario, deel 3

3 C

cadere = vallen
caffe = koffie
calcio = voetbal
calcolatrice = rekenmachine
caldo = hitte
calmare = gerust stellen
calmo = rustig
calze = kousen
cambiare = wisselen
cambiare = veranderen
camera da letto = slaapkamer
cameriere = ober
camicia = overhemd
camminare = lopen
campagna = platteland
campeggio (andare in) = kamperen
campo = wei 
canale = gracht
cancellare = afzeggen
cane = hond
cantare = zingen
cantina = kelder
canto = deel van gedicht
capace = bekwaam
capelli = haren 
capire = begrijpen
capitale = hoofdstad
capitare = overkomen
capodanno = oud en nieuw
cappello = hoed
carabiniere = politie
carattere = karakter
carino = leuk om te zien/mooierd
carne = vlees
caro = duur
carota = wortel
carta di credito = creditcard
cartolina = ansichtkaart
casa = huis
cassa = kassa
cassiera = cassiere
cattivo = gemeen
cattolico = katholiek
causa = oorzaak
cavallo = paard
cellulare = mobiel
centinaio = honderdtal
cento = honderd
centrale = centraal
centro = centrum
cercare = zoeken
certo = natuurlijk
cetriolo = komkommer
che = wat
che = dat
che cosa = wat
chi = wie
chiamare = bellen
chiamarsi = heten
chiaro = licht
chiave = sleutel
chiedere = vragen
chiesa = kerk
chilo = kilo
chilometro = kilometer
chiocciolo = apenstaartje
chissa = wie weet 
chiudere = sluiten
chiuso = gesloten
ci = elkaar/aan ons/er
ciao = hoi
cibo = eten
cielo = de lucht/hemel
ciliegia = kers
cinema = bioscoop
cinquanta = vijftig
cinque = vijf
cioe = dat wil zeggen
cipolla = ui
circa = ongeveer
citta = stad
classe = klas
cliccare = klikken
clima = klimaat
cocco = kokos
cocomera = watermeloen
cognata = schoonzus
cognome = achternaam
colazione = ontbijt
collega = collega 
collina = heuvel
collo = nek
colpa = schuld
coltello = mes
come = (net) zo/als
come mai = hoezo/waarom
cominciare = beginnen
commessa = verkoopster
comodo = comfortabel
compagnia = gezelschap
compagno = klasgenoot
compiti = huiswerk
compleanno = verjaardag
completo = vol
complicato = ingewikkeld
comune = gemeente 
comunicare = communiceren
comunicazione = communicatie
comunque = in elk geval/toch
con = met
congiunzione = voegwoord 
coniglio = konijn
cononscenza (fare) = kennis (maken)
conoscere = kennen
consiglio = advies
contadino = boer
contanti = contant geld
contare = (mee)tellen
conto = rekening
conto corrente = bankrekening
contorno = bijgerecht
contrario = tegenovergestelde
contro = tegen
convinto = overtuigd
copia = kopie 
coprire = bedekken
corpo = lichaam
correre = rennen
corso = cursus
corto = kort
cosi = dan
costa = kust
costare = kosten/duur zijn
cotone = katoen
credere = geloven
crescere = groeien
crudo = rauw
cucchiaio = lepel
cucina = keuken
cugina = nicht
cugino = neef
cultura = cultuur
cuocere = sudderen
cuoco = kok
cuore = hart
cura = zorg
curare = verzorgen
curioso = nieuwsgierig

Ingezonden op 24-01-2012 - 700x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Piccolo vocabolario, deel 3

3 C