Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Build up (engelse woorden)
› 10 Clothes (2)
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Build up (engelse woorden)
10 Clothes (2)
Jaar 3 (vmbo-t/havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
trousers = (lange) broek jacket = jasje/colbert splendid/magnificent/marvellous = schitterend suit = pak/kostuum tie = stropdas shorts = korte broek jeans = spijkerbroek pyjamas = pyjama scissors = schaar trainers = sportschoenen silk = zijde cotton = katoen to dye = verven (van kleding en haar) underwear = ondergoed to sell = verkopen swimsuit = badpak swimming trunks = zwembroek menswear = herenkleding womanswear = dameskleding jewel = juweel diamand = diamant jeweller = juwelier bracelat = armband necklace = halsketting earring = oorbel/oorring to surprise = verrassen surprise = verrassing
Ingezonden op 14-02-2012 - 2266x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
trousers/shorts/jeans/pyjamas/scissors/spectacles/glasses zijn altijd meervoud:
Waar is mijn broek/bril ?: Where are my trousers/glasses ?
Als je voor deze woorden a of een telwoord zet, gebruik je pair: I have two pairs of jeans/spectacles.
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!