Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Amstelveen College 1G2
› 2 Proefwerk H2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Amstelveen College 1G2
, deel Frans
2 Proefwerk H2
Jaar 1 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
er is = il y a de poster = le poster de foto = la photo oma = mamie opa = papy de trui = le pullover ik ruim op = je range opruimen = ranger alles = tout de kamer = la chambre mijn kamer = ma chambre wat is het of dat? = qu'est-ce que c'est? mama = maman wat? = quoi? een probleem = un probléme groot = grand klein = petit heel,erg = trés lelijk = moche de kamer,het vertrek = la piéce oud = vieux wit = blanc geel = jaune blauw = bleu rood = rouge groen = vert zwart = noir rose = rose bruin = brun grijs = gris mijn grootmoeder = ma grand-mère; ma grand-meré niet waar? = n'est-ce pas? gemakkelijk, gerieflijk = confortable waar is dat? = c'est où? zij woont = elle habite dichtbij = près de de bank = le banc hier is = voici de jongen = le garçon de zoon = le fils de ouders = les parents waarom?, (hier: hoezo?) = pourqoi? nog = encore de tuin = le jardin een computer = un ordinateur de bloem = la fleur de verdieping = l'étage de stoel = la chaise het bed = le lit de tafel = la table de straat = la rue de vrouw = la femme veel = beaucoup het dorp = le village blij, tevreden = content(e) een flat = un appartement de muur = le mur een laan = une avenue een wandkast = une armoire de zolder = le grenier de meubels = les meubles de prijs = le prix met = avec de keuken = la cuisine de woonkamer = la salle de séjour een boekenkast = une bibliothèque de kelder = la cave leuk, schattig = chouette de badkamer = la salle de bains het terras = la terrasse zijn = etre ik ben = j'ai jij bent = tu es hij is = il est wij zijn = nous sommes jullie zijn = vous etes zij zijn = ils sont hebben = avior ik heb = je suis jij hebt = tu as hij heeft = il a wij hebben = nous avons jullie hebben = vous avez zij hebben = ils ont op = sur onder = sous voor = devant in = dans 20= vingt 21 = vingt et un 22 = vingt-deux 30 = trente 31 = trente et un 40 = quarante 50 = cinquante 60 = soixante
Ingezonden op 24-02-2012 - 1424x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!