Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Noorderpoort Anatomie en fysiologie, deel 1

3 Algemene fysiologie

Jaar 4 (mbo)

Wat is een molecuul = het kleinste deeltje van een stof dat nog alle eigenschappen van die stof bezit
Wat zijn de kenmerken van diffusie = een proces, waarbij de verplaatsing van deeltjes/moleculen plaats vindt van plaatsen van een hoge concentratie naar plaatsen met een lage concentratie
Geef 2 voorbeelden van diffusie = een druppel kleurstof in water die zich in de loop der tijd verspreidt, waar-door alle vloeistoffen na verloop van tijd dezelfde kleur heeft; zuurstof die vanuit de ingeademde lucht in de longblaasjes naar het bloed gaat en kool-stofdioxide vanuit het bloed naar de longblaasjes dat meegaat met de uit-geademde lucht
Wat zijn de kenmerken van osmose = stoffen zijn opgelost in een vloeistof en worden van elkaar gescheiden door een semipermeabele membraan, die wel vloeistof doorlaat maar niet de opgeloste stoffen, omdat de moleculen hiervan te groot zijn. Dit gaat net zo lang door tot er aan beide kanten van het membraan dezelfde druk heerst.
Wat is colloïd-osmotische druk = het drukverschil dat tussen twee eiwitoplossingen van verschillende concentraties ontstaat t.g.v. osmose
Wat is metabolisme = stofwisseling
Omschrijf het proces stofwisseling = de gezamenlijke chemische veranderingen die in het menselijk lichaam plaatsvinden om dit lichaam op te bouwen en in stand te houden, maar ook de afbraak van levende stof tot eenvoudige, uit te scheiden afvalstoffen
Wat ontstaat bij het stofwisselingsproces = afvalproducten, warmte, energie
Welke stoffen zijn noodzakelijk voor de verbranding = koolhydraten, vetten, eiwitten, zuurstof
Hoe wordt de energie benut die vrijkomt bij de verbranding = deze wordt benut om de lichaamstemperatuur op peil te houden, voor vermenigvuldiging van cellen, zodat de cel haar taak kan uitoefenen en voor de overige levensprocessen
Wat zijn de kenmerken van de normale verbranding = naast koolhydraten (glucose of druivensuiker) en vetten zijn ook enzymen nodig. Voor dat laatste zijn weer vitamines nodig. Afvalproducten worden afgevoerd via de bloedbaan, die tevens zorgt voor de zuurstofopname en koolzuurafgifte
Wat zijn enzymen = eiwitten die kunnen deelnemen aan een chemische reactie en deze kunnen versnellen, zonder zelf te veranderen. 
Wat is noodzakelijk voor de vorming van enzymen = vitaminen
Wat is anabolisme = stofwisseling, waarbij er meer opbouw van cellen plaatsvindt dan afbraak
Wat is katabolisme = stofwisseling, waarbij er meer afbraak van cellen plaatsvindt dan opbouw
Welke factoren zorgen ervoor dat de verbranding zo goed mogelijk verloopt = lichaamstemperatuur, voeding (vooral ijzer, zodat het bloed voor vol-doende zuurstof kan zorgen), opname van voeding, leeftijd, lichamelijke gesteldheid, productie van schildklierhormoon, het mannelijke geslachts-hormonen of andere anabole stoffen
Wat wordt verstaan onder anabole hormonen = hormonen die spieropbouwend werken

Ingezonden op 25-02-2012 - 4165x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 06-04-2012.
Waardering 7.4 (aantal stemmen: 3)

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Noorderpoort Anatomie en fysiologie, deel 1

3 Algemene fysiologie