Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

grandes lignes voca lijsten, deel a

34 voca 3.4 4.4

Jaar 1 (havo/vwo)

de middelbare school (de onderbouw) = le collège
de middelbare school ( bovenbouw) = le lycée 
de school = l'école
de pauze = la récré
de leraar = le prof
de lerares = la prof
de klas = la classe
de les = le cours
de leerling = l'élève
streng = sévère
verlegen = timide
grappig = drôle
jong = jeune
stom = bête
waardeloos = nul
omdat = parce que
altijd = toujours
de toets = le contrôle
het cijfer = la note
het boek = le livre
de pen = le stylo
het huiswerk = les devoirs
de mobiele telefoon = le portable
het lesrooster = l'emploi du temps
de dag = le jour, la journée
het schoolvak = la matière
Engels = l'anglais
Frans = le français
wiskunde = les maths
geschiedenis = l'histoire
aardrijkskunde = la géographie
muziek = la musique
saai = casse-pieds
moeilijk = difficile
makkelijk = facile
na = après
laat = tard
te laat = en retard
de week = la semaine
met de bus = en bus
met de metro = en métro
met de auto = en voiture
met de fiets = en vélo
te voet = à pied
langzaam = lent
snel = vite
houden van = aimer
een hekel hebben aan = détester
dichtdoen; sluiten = fermer
vertellen = raconter
naar huis gaan = rentrer
eten = manger
vinden = trouver
geven = donner

la famille = het gezin; de familie
l'oncle m = de oom
la tante = de tante
le cousin = de neef
la cousine = de nicht
les grand-parents m mv = de grootouders
le grande pere = de opa; de grootvader
la grand-mere = de oma; de grootmoeder
le pere = de vader
le frere = de broer
la soeur = de zus
pourquoi = wanneer
maintenant = nu
beaucoup = veel
le primier janvier = 1 januari
fevrier = februari
mars = maart
avril = april
mai = mei
juin = juni
julliet = juli
août = augustus
septembre = september
octobre = oktober	 
novembre = november	 
décembre	 = december
adorer = dol zijn op
préférer = liever hebben
jouer = spelen
présenter = voorstellen
écouter = luisteren (naar)
écrire = schrijfen
la couleur = de kleur	 
bleu(e) = blauw	 
rose = roze	 
rouge = rood	 
jaune = geel	 
vert(e) = groen	 
blanc (m), blanche(v) = wit	 
noir(e) = zwart
en bas = beneden	 
au premier étage = op de eerste verdieping	 
au grenier = op zolder	 
la salle de bains = de badkamer	 
le séjour = de woonkamer	 
la chambre = de kamer
la télé = de tv	 
l'armoire (v) = de (kleding)kast
l'ordinateur (m)	 = de computer
le mur = de muur	 
le lit = het bed
bête = stom
sympa = aardig

Ingezonden op 14-04-2012 - 1524x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

grandes lignes voca lijsten, deel a

34 voca 3.4 4.4