Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Na Klar!

2 LERNBOX 1 t/m 6! NIEUWE DRUK (Geen grammatik)

Jaar 3 (Atheneum)

die Einladung = de uitnodiging
fast = bijna
grimmig = boos
lässig = nonchalant
schief gehen = misgaan
witzig = grappig
überheblich = arrogant
erkennen = herkennen
die Beleuchtung = de verlichting
die Nerven = de zenuwen
da drüben = daarginds
zu Anfang = in het begin
die Klamotten = de kleren
außerdem = bovendien
gründen = oprichten
schaffen = lukken; bereiken
der Ruf = de reputatie; de naam
zwar = weliswaar
der Außenseiter = de buitenstaander
bestimmen = bepalen
die Schlagzeile = de kop; de kop (in de krant)
kapieren = begrijpen
pfeifen = fluiten
der erste Schritt = de eerste stap
veröffentlichen = uitbrengen
das Meer = de zee

Du, Rolf! Hast du einen Moment Zeit? = Zeg Rolf! Heb je even tijd?
Kannst du mal kommen? = Kun je even komen?
Kennt ihr euch? = Kennen jullie elkaar?
Tag! Freut mich. = Hallo. Prettig je te zien
Darf ich vorstellen? Stefan. = Mag ik vorstellen? Stefan
Angenehm. = Aangenaam
Wie gefällt es hier? = Hoe bevalt het hier?
Entschuldige. Ich muss leider gehen = Sorry. Ik moet helaas gaan
Ich komme gleich wieder = Ik kom zo terug
Einverstanden. Bis nachher. = Akkoord. Tot straks.
Das ist lange her. = Dat is lang geleden.
Verzeihung. = Neem me niet kwalijk.
Schon gut. Macht nichts. = Al goed. Geeft niets.
Augenblick. Ich schau mal nach = Ogenblik. Ik kijk even.
Tut mir Leid. Der ist nicht da. = Het spijt me. Die is er niet.
Das ist aber schade. = Dat is even jammer.
So ein Pech. = Wat een pech.
Kann ich ihm etwas ausrichten? = Kan ik hem iets doorgeven?
Abgemacht. Ich rufe später noch mal an. = Afgesproken. Ik bel later nog een keer.
Auf Wiederhören. = Tot horens.
Das ist aber eine Überraschung. = Dat is een verrassing.
Was gibt's? Ist was passiert? = Wat is er? Is er wat gebeurd?
Das kann man wohl sagen. = Dat kun je wel zeggen.
Es ist so schrecklich = Het is zo vreselijk.
Du machst mir Angst = Je maakt me bang.
Erzähl doch! = Vertel nou toch!
Ich suche Heinz. = Ik zoek Heinz.
Was soll ich machen? = Wat moet ik doen?
Das ist doch nicht so schlimm. = Dat is toch niet zo erg.
Das hoffe ich auch. = Dat hoop ik ook.
Bestimmt. = Vast wel.
Das verspreche ich dir. = Dat beloof ik je.
Ich bin 1,60m groß. = Ik ben 1,60m lang.
Ich habe die Band schon mal gesehen. = Ik heb de groep wel eens gezien
Wir könnten gemeinsam aufs Konzert gehen. = We zouden samen naar het concert kunnen gaan.
Am besten gefällt mir der Sänger. = Het best bevalt me de zanger. {Let op! Hier staat een fout in het boek, het is niet mit, maar mir!}
Hast du Lust zu kommen? = Heb je zin om te komen?
Wir standen eine Stunde im Stau. = Wij stonden een uur in de file.
Deutsch ist seine Muttersprache. = Duits is zijn moedertaal.
Das Konzert ist sicher schnell ausverkauft. = Het concert is zeker snel uitverkocht.
Das Warten hat sich gelohnt. = Het wachten was de moeite waard.
Das Konzert hat fast drei Stunden gedauert. = Het condert heeft bijna drie uur geduurd.
Mail mir so schnell wie möglich zurück. = Mail me zo spoedig mogelijk terug.
Am Samstag sind wir mit dem Auto gefahren. = Op zaterdag zijn we met de auto gegaan.
Ich mag ihre Musik. = Ik houd van hun muziek.
Die Stimmung war so geil. = De stemming was zo gaaf.

Ingezonden op 30-09-2012 - 3148x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 13-11-2012.
Waardering 9 (aantal stemmen: 17)

voting system
1
2
3
4
5

Bij 'Am besten gefällt miT der Sänger' staat een fout in het boek! Het moet niet miT, maar miR zijn!

Veel succes met leren!
Eventuele fouten graag melden!

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Na Klar!

2 *****LERNBOX 1 t/m 6! NIEUWE DRUK***** (Geen grammatik)

2 LERNBOX 1 t/m 6! NIEUWE DRUK (Geen grammatik)