Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Thematische Woordenschat Journalistiek
› 20 Kleuren en vormen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Thematische Woordenschat Journalistiek
20 Kleuren en vormen
Jaar 6 (aso)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
colorier = inkleuren un album à colorier = kleurboek du verre coloré = gekleurd glas une couleur = een kleur décoloré(e) = verkleurd incolore = kleurloos un liquide incolore = kleurloze vloeistof un ton = tint une nuance = kleurschakering uni(e) = effen un tissu uni = een effen stof multicolore = veelkleurig; bont je ne peux pas le voir en peinture = ik kan hem niet uitstaan teindre = verven la teinte = de tint déteindre = verkleuren, verschieten au lavage = in de was mauve = zachtpaars bleu; bleue = blauw marron = kastanjebruin lilas = lila bleu marine = marineblauw bleu ciel = hemelsblauw turquoise = blauwgroen rouge sang = bloedrood vert foncé = donkergroen vert pomme = appelgroen gris clair = lichtgrijs une cravate = stropdas roux; rousse = ginger châtain = kastanjebruin doré(e) = goudkleurig; verguld argenté(e) = zilverkleurig; verzilverd foncé(e)vdonker clair(e) = licht pâle = bleek criard(e) = opvallend sombre = donker former = vormen un cercleveen kring un demi-cercle = een halve cirkel le sapin = dennenboom en forme de = in de vorm van se déformer = vervormen sous l'effet de = onder invloed van uniforme = gelijkvormig une silhouette = een silhouet un trait = streep, lijn tirer un trait à la règle = lijn trekken met de liniaal une (ligne) droite = een rechte lijn une courbe = een cruve un arc = een boog tracer un ard de cercle = een cirkelboog trekken sphérique = bolvormig une sphére = een bol un hémisphère = een halve bol; een halfrond une pointe = een spits; punt cylindrique = cilindrisch une cylindre = een cilinder le bord = de rand le bord de la table = de tafelrand un coin = een hoek pointu; pointue = scherp un angle = een hoek un angle droit = rechte hoek un angle aigu = scherpe hoek un angle obtus = stompe hoek triangulaire = driehoekig un triangle = driehoek rectangulaire = rechthoekig un rectanglerechthoek un carré = vierkant une croix = een kruis marquer qc d'une croix = aankruisen cubique = kubusvormig la racine cubique d'un nombre = derdemachtswortel van een getal un cube = kubus, derde macht une pyramide = piramide vive = levendig, helder
Ingezonden op 28-10-2012 - 1520x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!