Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Voor mijn klass Xx
› 6 :D
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Voor mijn klass Xx
6 :D
Jaar 1 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
HOOFDSTUK 1: ave = gegroet ; hallo populus = volk clamat = hij roept ; hij schreeuwt et = en ; ook valde = zeer gaudet = hij verheugt zich ; hij is blij nam = want ; namelijk modo = zojuist ; juist imperator = veldheer ; keizer intrat = hij komt binnen ; hij gaat binnen consul = consul tribunus = tribuun pater = vader nunc = nu turba = menigte non = niet tacet = hij zwijgt audit = hij hoort ; hij luistert tum = dan ; vervolgens iterum = weer ; opnieuw venit = hij komt ecce = kijk! simulacrum = beeld plaudit = hij klapt in zijn handen ; hij applaudisseert amat = hij is verliefd ; hij houdt van enim = namelijk ; immers ibi = daar sedet = hij zit ridet = hij lacht spectaculum = schouwspel placet = hij bevalt ; hij valt in de smaak HOOFDSTUK 2: forum = forum; markt(plein) Romanus = Romeins; Romein vocare = roepen amica = vriendin amicus = vriend via = straat; weg latus = breed autem = maar; echter cur = waarom nihil = niets dicire = zeggen rogare = vragen laetus = blij; vrolijk est = hij is respondere = antwoorden novus = nieuw serva = slavin semper = steeds; altijd nemo = niemand docere = onderwijzen dubitare = aarzelen iam = al; reeds non iam = niet langer; niet meer magistra = lerares bonus = goed templum = tempel altus = hoog multus = veel sunt = zij zijn servus = slaaf stare = staan senator = senator clarus = beroemd etiam = ook HOOFDSTUK 3 Homo,Homines = mens Doctus = geleerd Pauci = weinig(en) Iuvat = het is leuk; prettig Cavere = oppassen; uitkijken Licet = het is mogelijk Salve+Salvete = hallo Solere = gewoon zijn Studere = studeren Timere = bang zijn voor Videre = zien Agere = doen Legere = lezen Ludere = spelen Petere = gaan naar Certe = Zeker; ongetwijfeld; beslist Dum = terwijl Hic = hier Hodie = vandaag Itaque = daarom; dus Num? = soms?; toch niet? Neque = en niet; ook niet; maar niet Quid? = wat? Qoud = omdat Tot = zoveel Tu/te = jij; jou Ubi = waar Ut = zoals HOOFDSTUK 4 vita = leven circus = circus; renbaan saepe = vaak; dikwijls laudare = prijzen deliberare = nadenken (over) quantus = hoe/wat groot; hoe/wat veel quot = hoe/wat veel aedificium = gebouw vicus = steeg; straatje clamor = geschreeuw; kreet {= mannelijk (m)} dominus = meester; heer domina = meesteres mercator = koopman vinum = wijn donum = gift; geschenk poscere = verlangen; eisen tantus = zo groot; zo veel sustinere = uithouden; verdragen iuvat me = het doet me plezier; ik vind het leuk/prettig inter = tussen, onder; te midden van {+acc.} hora = uur per = (door) heen; (over) heen {+acc.} ambulare = wandelen ad = naar {+acc.} accedere = komen (naar) petere = gaan naar; vragen; verlangen negare = ontkennen; weigeren sed = maar ridere = lachen; uitlachen; lachen om {+acc.} habere = hebben; houden unus = een donare = geven studere = studeren; willen in = in; naar {+acc.} fortuna = geluk currere = hard lopen; rennen gladiator = gladiator salutare =groeten; begroeten alius = ander alius ... alius = de een ... de ander alii ... alii = sommigen ... anderen petere = gaan naar; vragen; aanvallen; verlangen gladius = zwaard timor = angst; vrees vacare = vrij zijn van; niet hebben igitur = dus; daarom victoria = overwinning pugnare = vechten; strijden laborare = hard werken; zich inspannen sustinere = uithouden; verdragen; volhouden observare = in het oog houden; letten op; kijken naar tandem = eindelijk; tenstlotte modo = zojuist; alleen; slechts; juist neque ... neque = niet ... en ook niet; noch ... noch pugna = gevecht alter = de een; de ander vulnerare = verwonden studere = studeren; willen; proberen; zijn best doen tam = zo iniustus = onrechtvaardig pecunia = geld abundare = in overvloed hebben divitiae = rijkdom carere = niet hebben amor = liefde ne ... quidem = zelfs niet; ook niet ludus = spel; school iacere = liggen victor = overwinnaar cedere = weggaan uit; verlaten nex = dood; moord dolere = bedroefd zijn over; treurig zijn om littera = letter litterae = brief alter ... alterum = elkaar in = in; op pro = voor; in plaats van expectare = wachten; verwachten subito = plotseling sine = zonder mater = moeder cum = met; samen met e/ex = uit; van mulier = vrouw malus = slecht ego/me = ik/mij magnus = groot cura = zorg; aandacht obsevare = letten op; in het oog houden accederen = komen naar; aankomen; naderen cuncti = alle stare = staan; blijven staan locus = plaats properare = zich haasten animus = geest; ziel; hard de = van; van ... af; over descendere = afdalen manere = blijven; wachten spectare = zien; kijken naar; bekijken sperare = hopen; verwachten fortasse = misschien fustra = tevergeefs a/ab = vanaf maestus = treurig; bedroefd deus = god dea = godin perdere = te gronde richten; vernietigen; verliezen in animo habere = van plan zijn
Ingezonden op 19-03-2013 - 2803x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Ik weet niet of hij helemaal klopt maar ik heb hem gekopieerd van een andere site..
Laat een reactie achter pleas..
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!