Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Stepping Stones

6 ACDEFG+ Werkwoordsvormen (Zonder Fouten)

Jaar 1 (havo/vwo)

Ago= Geleden
Army= Leger
Beat= Verslaan
Belong to= Horen bij
Bring= Brengen
Catch= Vangen
Disobey= Niet gehoorzamen
Even Though= hoewel
Excited= opgewonden
Find= vinden
Forgot= Vergeten
Germany= Duitsland
Give= geven
Journey= reis
Kingdom= Koninkrijk
Known= bekend
Look Forward To= uitkijken naar
Middle Ages= Middeleeuwen
Peace= vrede
Pull= trekken
Quest= zoektocht
Suddenly= plotseling
Try= proberen
Until= tot
War= oorlog
Wounded= gewond
Agree On= eens worden over
Behind= achter
Celebrate= vieren
Church= kerk
Country= land
Depend On= afhangen van
Eldest= oudste
Foreigner= buitenlander
Hit= raken
(Im)Polite= (on)beleefd
Instead= in plaats daarvan
Invite= uitnodigen
Opposite= tegenovergestelde
Proud= trots
Send= sturen
Sense of humour= gevoel voor humor
Strange= vreemd
Tradition= traditie
Truth= waarheid
While= moment
Book= boeken
By= met de (/het)
Called= genaamd
Ferry= veer(boot)
For a change= voor de verandering
Go= gaan
Last= vorig/vorige
Let's= laten we
See= zien
Spend= doorbrengen
Then= toen
Afford= zich veroorloven
Department Store= warenhuis
Fair= eerlijk
Huge= enorm, reusachtig
Not Either= ook niet
Prayer= gebed
Sightseeing= bezienswaardigheden
Along= door
Amazing= geweldig
Beach= strand
Breakfast= ontbijt
Busy= druk
Closer to= dichterbij
Coast= kust
Corner= hoek
Currency= valuta, munteenheid
Different= verschillend
Each= elke
European= Europees
Excellent= fantastisch
For example= bijvoorbeeld
Furniture= meubels
Guide= gids
In front of= voor
Inside= naar binnen
Join= zich voegen bij
Lake= meer
Mountain= berg
Picture= foto
Population= bevolking
Roundabout= rotonde
Scotland= Schotland
Straight ahead / Straight on= Rechtdoor
Through= door
Turn left/right= Links/Rechts afslaan
Village= dorp
Wear= dragen
Change= overstappen
Daily= dagelijks
Learn= leren
Make sure= ervoor zorgen
Opportunity= gelegenheid
River= rivier
Teach= lesgeven
View= uitzicht
At the end of= aan het einde van
Buy= kopen
Call= noemen
Cross= oversteken
Nearest= dichtstbijzijnde
Never= nooit
On your right/left= aan de rechter/linkerkant
Please= alstublieft/alsjeblieft
Question= vraag
Second= tweede
Stranger= vreemde
Street= straat
Take= nemen
Tell= vertellen
Traffic light= stoplicht
Tube/Underground= metro
Turn= beurt
Wait= wachten

Verslaan~ = beat (Beat-Beaten)
Brengen~= bring (brought-brought)
Vangen~= Catch (Caught-Caught)
Vinden~= Find (Found-Found)
Geven~= Give (Gave-Given)
Raken~= Hit (Hit-Hit)
Sturen~= Send (Sent-Sent)
Gaan~= Go (Went-Gone)
Zien~= See ( Saw-Seen)
Doorbrengen~= Spend (Spent-Spent)
Dragen~= Wear (Wore-Worn)
Leren~= Learn (Learnt-Learnt)
Ervoor zorgen~= Make Sure (Made-Made)
Lesgeven~= Teach (Taught-Taught)
Kopen~= Buy (Bought-Bought)
Nemen~= Take (Took-Taken)
Vertellen~= Tell (Told-Told)

Ingezonden op 21-03-2013 - 1726x bekeken.
Waardering 7 (aantal stemmen: 4)

voting system
1
2
3
4
5

Hoi Dit is mijn eerste lijst. Ik zit zelf op Gymnasium maar deze lijst is gewoon voor VWO. Door dit tekentje; ~ Kan je zien of je de Werkwoordsvorm moet invullen.

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Stepping Stones

6 ACDEFG+ Werkwoordsvormen (Zonder Fouten)