Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
!!!! ALS JE DIT LEEST... !!!
› 11 Turks voor beginners
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
!!!! ALS JE DIT LEEST... !!!
, deel 11
11 Turks voor beginners
Jaar 1 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Büyük = groot Küçük = klein Uzun = lang K ısa = kort Ip = touw Sözcük = woordje Cümle = zin Bacak = been Yol = weg Gün = dag Öpüs = kus Geceler = nacht Kollu gömlek = mouwen Kulak = oor Don/külot = onderbroek Etek = rok Parmaklarımla ekmek yiyorum = Ik eet brood met mijn vingers Ellerimle yemek = Ik kan met mijn handen eten Aileme bakıyorum = Ik zorg voor mijn gezin O ağaci kesiyor = Hij hakt de oude boom om Evet herşey yolunda = ja alles gaat z’n gangetje Damat =bruidegom Inatçı = koppig Cadi = heks Gül = roos Göl = meer Kız = meisje Soba = kachel Defter = schrift Su = water Gün = dag (v/d week) Suyun = van het water Günün = van de dag Günlerin = van de dagen Kadın = vrouw Kadının = van de vrouw Kadınların = van de vrouwen Çocuk = kind Çocuğun = van het kind Çocukların = van de kinderen Karakol =politie bureau Karakolun = van het politie bureau Para = geld Paranın = van het geld Kutu = doos Kutunun =van de doos Anne = moeder Annenin = van de moeder Ütü = strijkijzer Ütünün = van het strijkijzer Misafir = het bezoek/ de visite Bekliyor = hij/zij verwacht of hij/zij wacht op Beklemek = verwachten/ of wachten op Gazete = krant Okuyor = hij/zij leest Mutfakta = in de keuken Yapıyor = hij/zij maakt Yapmak = maken/doen Televizyona = naar de televisie Televizon = de televisie Televizyonda = op de televisie Çocuk filmi = de kinderfilm Adam = de man Yürüyor = hij/zij loopt Yürümek = lopen Koşuyor = hij/zij rent/holt Koşmak = rennen Köpek = hond Havlıyor = blaft Havlamak = blaffen Kuşlar = de vogels Kuş = vogel Ötüyorlar = zij fluiten Ötmek = zingen (vogel) Zil = de bel Çalıyor = hij/zij luidt of hij/zij steelt Çalmak = luiden/stelen Mutfaktan =uit de keuken Kalkmak = opstaan Kalkıyor = hij/zij staat op Kapıya = naar de deur Kapı = de deur Açıyor = hij/zij doet open Açmak = open doen/openen Geliyor =hij/zij komt Gelmek = komen Içki = alkohol Çiçek = bloem Kuzu = lammetje Et = vlees Armut = peer Bahçe = tuin Komşu = buren Çarşı = winkelcentrum Köy = dorp Sabah = s’ochtends Zaman = altijd Ağrımak = pijn doen Üstünde = op/boven Altında = onder Yanında = naast Içinde = in Önünde = achter Arkaşınde = tussen Üzerinden = over Hakkında = over (als je het over iemand hebt) Tavuk göğsü = kippenborst Meme = buste /borst Bu/bunlar = deze Şu/sunlar = die O/onlar = dat Inmek = uitstappen Binmek = instappen Işte = kijk Var =er is Taşımak = dragen Dinlemek = luisteren Kilit = slot Ile = met Daha = nog
Ingezonden op 23-04-2013 - 2329x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Succes...!!!
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!