Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Linie Eins, deel 1

6 Trimm Dich!

Jaar 2 (havo/vwo)

bald = spoedig; gauw
bis = tot
der Bruder = de broer
das Fieber = de koorts
gerade = juist; net
klingeln = bellen; rinkelen
der Montag = de maandag
schlimm = erg
die Schwester = de zus
seufzen = zuchten
zich beeilen = zich haasten
verabreden = afspreken
vielleicht = misschien
abspecken = afslanken
der Apptit = de trek
der Arzt = de dokter; de arts
eifersüchtig = jaloers
die Ferien = de vakantie
klar! = natuurlijk!
sich benehmen = zich gedragen
die Süßigkeiten = het snoep {Mz}
versuchen = proberen
die Viertelstunde = het kwartier
warten = wachten
das Zeug = het spul
atmen = ademen
ausschütteln = uitschudden
der Bauch = de buik
das Bein = het been
beugen = buigen
der Daumen = de duim
die Faust = de vuist
der Fuß = de voet
der Geist = de geest
das Gleichgewicht = het evenwicht
gleichzeitig = tegelijkertijd
die Hand = de hand
die Handfläche = de handpalm
die Hüfte = de heup
das Knie = de knie
der Körper = het lichaam
kreisen = cirkelen
der Kreis = de cirkel; de kring
locker = losjes
der Oberschenkel = het dijbeen
der Oberkörper = het bovenlichaam
regnen = regenen
schräg = schuin
die Schulter = de schouder
stützen = steunen
die Übung = de oefening
wichtig = belangrijk
wiederholen = herhalen
zeichnen = tekenen
der Bienenstich = de bijensteek
der Empfang = de receptie; de ontvangst
die Riesenangst = de enorme angst
der Schmerz = de pijn
sicherheidshalber = voor de zekerheid
übertreiben = overdrijven
weh tun = pijn doen
zeigen = wijzen; laten zien
der Ausflug = het uitstapje
die Bauerntochter = de boerendochter
das Fremdenverkehrsbüro = het VVV
die Gänsehüterin = de ganzenhoedster
das Gebirge = het gebergte; de bergen
der Kopf = het hoofd
die Krankenkasse = het ziekenfonds
der Kurort = het kuuroord
lustig = vrolijk; leuk
der Rathausplatz = het plein voor het raadhuis
der Sonderunterricht = het speciale onderwijs
die Statue = het standbeeld
die Werkstatt = de werkplaats
ziemlich = tamelijk
arbeiten = werken
die Art = het soort
das Auto = de auto
brauchen = nodig hebben
deshalb = daarom
erschalffen = verslappen; slap worden
das Gerät = het apparaat
der Muskel = de spier
sich anstrengen = zich inspannen
der Sohn = de zoon
der Verein = de vereniging
der Ball = de bal
der Fehler = de fout
das Kleid = de jurk
das Moped = de bromfiets
der Verkehr = het verkeer
der Zettel = het briefje

Ingezonden op 14-06-2008 - 3377x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Alle woordjes die neiuw zijn, staan lang niet allemaal achterin

als je alleen dat hoeft te leren, neem dan de andere lijst van H6!

Veel succes met leren!

Geen Naam

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Linie Eins, deel 1

6 Trimm Dich!