Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Frans woordenlijsten
› 4 les mots de choc
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Frans woordenlijsten
4 les mots de choc
Jaar 6 (aso)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
een boete = une amende voorrang hebben = avoir la priorité de doorgang verlenen = céder le passage een voertuig voorbijsteken = dépasser un véhicule het drukke verkeer = la circulation dense 50 km per uur = 50 km à l' heure de voetganger = le piéton de fietser = le cycliste stilstaan = être à l' arrêt stilstaan = être immobilisé geparkeerd zijn = être en stationnement langsheen de tram rijden = longer le tram rechtdoor gaan = aller tout droit naar rechts draaien = tourner à droite de rijstrook = la bande de circulation de richtingaanwijzers = les feux clignotants uit de tegenovergestelde richting = en sens inverse naar links draaien = virer à gauche zijn weg verderzetten = poursuivre sa route vertragen = ralentir een verkeersopstopping = un embouteillage een stuur = un volant een kettingbotsing = une collision en chaîne de materiële schade = les dégats matériels rijden = circuler een verkeersknoop = un bouchon slippen = déraper remmen = freiner slaan tegen = percuter botsen = heurter aanrijden = renverser sterven = succomber op slag = sur le coup branden = brûler spookrijden = apparaître en contre-sens in botsing komen = entrer en collision een wegpiraat = un chauffard een gewonde = un blessé overdreven snelheid = un excès de vitesse de marktplaats = la grande place iemand omverrijden = renverser une personne een 'wending' = un manoeuvre in staat van dronkenschap = en état d' ivresse de afrit = la sortie de richting = la direction vluchtmisdrijf plegen = commettre un délit de fuit een rijbewijs = un permis de conduire zwaargewond = grièvement blessé lichtgewond = légèrement blessé de hulpdienst = service de secours er is een ongeluk gebeurd = il est passé un accident de rotonde = le rond-point toeteren = klaxonner de snelheid = la vitesse toegestaan zijn = être autorisé de bebouwde kom = l’ aglommeration het fietsstuur = le guidon
Ingezonden op 13-02-2014 - 2950x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!