Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Conversation française
› 1 leçon 24
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Conversation française
, deel 1
1 leçon 24
Jaar 6 (volksuniversiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
de rondleiding = la visite guidée de veer; de pen = la plume de matkop = la mésange boréale noordelijk = boréal de glanskop = la mésange nonnette gevlekt = mouchet de kerkuil = la chouette effraie gerafeld = effrai de grote lijster = la grive draine de roofvogel = le rapace; l'oiseau de proie een sperwer = un épervier een havik = un autour de torenvalk = le faucon crécerelle de buizerd = la buse de grauwe kiekendief = le busard cendre de kieviet = le vanneau de wulp = le courlis gebogen = courbé de kluut = l'avocette de grutto = la barge de scholekster = l'huîtrier pie de eengezinswoning = le pavillon veinzen; verbergen = dissimuler de lichtbundel = le faisceau de lumière bereiken; slagen = parvenir oplichten = escroquer; arnaquer {bedriegen} optillen = soulever {opheffen} het kelderraam = le soupirail de kelderramen = les soupiraux zich afspelen = se passer {une scène de film} zich voltrekken = se dérouler {une cérémonie} weergeven = relater kenschetsen = qualifier het bedrog = la supercherie; la tromperie een vriendelijk woord zeggen = dire un mot gentil namens ons allen = de la part de nous tous vanwege = à cause de voortreffelijke = excellent het doel = le but de begroting = le devis een stoptrein = un omnibus een plaats = un emplacement {op de camping} de politie knijpt een oogje toe = les gendarmes ferment les yeux een digestief; een afzakkertje = le digestief; le pousse-café {p=familier} ruzie maken = se disputer het kalmerende middel = le sédatif de calmant op elkaars lip zitten = être les uns sur les autres jezelf iets wijs maken; dagdromen = se faire du cinéma lekken = fuir het vensterruit = le carreau; la vitre de vensterruiten = les carreaux; les vitres de tussenmuur; de gemeenschappelijke muur = le mur mitoyen {muur tussen twee huizen (twee-onder-een-kap)} de haag = la haie Den Haag = La Haye de schutting = la palissade het hek = la grille er klopt iets niet = il y a quelque chose qui cloche opgeruimd staat netjes = bon débarras de buren storen = gêner les voisins
Ingezonden op 28-04-2014 - 756x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
29-05-2014
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
la leçon a été corrigée par Fatima Beddar, professeur de Volksuniversiteit Amstelland
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!