Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
1e bachelor Algemene anatomie
› 4 Splanchnologie termen deel 4
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
1e bachelor Algemene anatomie
4 Splanchnologie termen deel 4
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Urethra feminina = Vormt bij de vrouwelijke huisdieren de korte verbindingsbuis tussen de urineblaas en het vestibulum vaginae Ostium urethrae externum = Op deze plaats ( ventrale wand van het vestibulum vaginae) mondt de urethra uit. Bevindt zich onmiddellijk caudaal van de overgang tussen de eigenlijke vagina en het vestibulum vaginae, en is bereikbaar voor sondage van de blaas Urethra masculina = Bestaat uit een gedeelte in het bekken en een deel dat in de penis omsloten wordt Pars pelvina = Deel van de urethra in het bekkengedeelte Pars penina = Deel van de urethra in de penis Isthmus urethrae = Vernauwing van de urethra masculina in de ventrale bocht op de arcus ischiadicus bijbalrand Margo epididymalis = De rand van de testis waarop de bijbalgelegen is.Dorsale rand bij reu en hengst, caudale rand bij herkauwers Vrije rand Margo liber = Tegenovergestelde boord van de margo epididymalis en heeft geen vergroeiingscontact met andere structuren koppool Extremitas capitata = Verbonden met de kop van de epididymis door de ductuli efferentes testis. staartpool Extremitas caudata = Verbonden met de staart van de epididymis door een kort ligamentum testis proprium Dikke bindweefselkapsel /Tunica albuginea = Is niet uittrekbaar en plaatst het parenchym onder druk Testisparenchym = Is geelbruin en zacht, ligt in de lobuli zaadbuisjes Tubuli seminiferi contorti Ligt in de lobuli Rechte buisjes Tubuli siminiferi recti = De zaadbuisjes sluiten hierop aan Rete testis = Rechte buisjes van de testis vormen hier verbinding met elkaar Mediastinum testis = Hierin ligt het rete testis afvoerbuisjes Ductuli efferentes testi = Afvoerbuisjes (10 à 20) die uit het rete testis vertrekken Kop van de bijbal Caput epididymidis = Omgrijpt de extremitas capitata van de testis en ligt er stevig met verbonden Ductuli efferentes testis = Dringt vanuit de testis in de bijbal op de plaats waar deze vergroeid zijn Corpus epididymidis = Langwerpig, smallere deel van de epididymis en strekt zich uit langs de testis Bursa testicularis = Spleetvormige ruimte tussen het corpus epididymidis en de testis Ductus epididymidis Meterslange buis die opgekruld ligt in het corpus en cauda epididymidis Cauda epididymidis = Dikker dan het corpus en is stevig vergroeid met de extremitas caudata van de testis Ligamentum testis proprium =Kort ligamentum dat de cauda epididymidis en de extremitas caudata van de testis verbindt Ligamentum caudae epididymis = Verbindt de cauda epididymidis met de tunica vaginalis Mesoductus deferens = Korte dubbelplooi van de tunica vaginalis die de zaadleider ophangt in de zaadstreng peritoneumplooi Plica genitalis = Korte peritoneumplooi die linker en rechter zaadleider met elkaar verbinden Ampulla ductus deferentis = Terminale gedeelte van de zaadleider die verdikt is Uterus masculinus = Kan in de plica genitalis tussen de twee zaadleiders liggen. Rudimentair restant van de baarmoederaanleg. Dun buisvormig orgaantje dat craniaal soms y-vormig opgesplitst is arteria testicularis = Ontspringt uit de aorta abdominalis in de lendenstreekt, en beschrijft in de buikholte een lang traject tot aan de anulus vaginalis. Leer kronkelig verloop in de zaadstreng Vena testicularis = Ligt naast de gelijknamige arterie. Zwaar anastomoserend netwerk van aders in de zaadstreng rondom de vele windingen van de a. testicularis Plexus pampiniformis = Compacte kluwen van venen, die de arteriële windingen zeer eng omsluiten. Belangrijke thermorregulatorisch functie Septum scroti = Deelt de balzak in. Scheiding tussen linker en rechter cavum vaginale Processus vaginalis = Uitstulpende peritoneum, groeit in het lieskanaal uit en veroorzaakt een uitzakking van huid Canalis vaginalis = Nauw kanaal, proximale deel van de uitstulping van peritoneum Anulus vaginalis = Kleine opening, verbinding tussen buikholte en lieskanaal Tunica vaginalis = De wanden van het canalis vaginalis en het cavum vaginale scrotumhuid Cutis scroti = Weinig of fijn behaard, voelt vettig door aanwezigheid van het secreet van talrijke huidklieren Tunica dartos = Beweeglijke onderhuid van het scrotum Fascia spermatica externa = Duidelijkste bindweefsellamel die continuïteit heeft met de diepe fascie van de rump Fascia spermatica interna = Dieper gelegen bindweefsellamel die de voortzetting vormt van de fascia transversalis m. cremaster = Bundel rode spiervezels die tussen de beide bindweefsellagen ligt en een uitloper is van de m. obliquus internus abdominis Lamina partietalis = Bekleedt de wand van het cavum vaginale en is vergroeid met de scrotumwand Lamina visceralis = Omgeeft de testis epididymis en zaadstreng. Zorgt voor het gladde oppervlak van deze organen Mesorchium = Verbindt de testis met de lamina parietalis van de tunica vaginalis Mesepididymis = Kort zijschot waaraan de epididymis ophangt Mesorchium distale = Vormt de bodem van de spleetvormige bursa testicularis Bursa testicularis = Gelegen tussen de testis en de epididymis. Spleetvormig Mesoductus deferens = Hangt het ductus deferens op, insereert op de mediale zijde van het mesorchium mesofuniculus = Zaadstreng is hieraan bevestigd op het niveau van de canalis vaginalis. Colliculus seminalis = Een kleine maar duidelijke inwendige verhevenheid op de dorsale wand van de urethra Stratum spongiosum = Netwerk van bloedruimten Stratum glandulare = Wordt gevormd door pars disseminata prostatae (hengst en reu hebben dit NIET) m. urethralis = Omringt urethra met circulaire spiervezels. fungeert als willekeurige blaassfincter Ampula ductus deferentis = Eindeel van de ductus deferens zaadblaasjes Glandulae vesiculares = Spoelvormige orgaantjes bestaande uit klierweefsel,omgeven door fibromusculair kapsel. Ductus excretorius = Centrale afvoerweg voor het secreet Ductus ejaculatorius = Bij hengst/herkauwers. Ductus excretorius versmelt met eindsegment vd ductus deferens , beide klieren monden uit in de gemeenschappelijke afvoerbuis,nl ductus ejaculatorius. prostaat Prostata = Bestaat uit corpus prostatae en pars disseminata prostatae Corpus prostatae = Corpus ligt craniodorsaal op de urethra en omgeeft de urethra Ductuli prostatici = Afzonderlijke kanaaltjes waardoor secreet in de urethra wordt uitgestort. Pars disseminata prostatae = Lange laag klierweefsel uitgezaaid in de rand van de urethra pars pelvina, het vormt het stratum glandulare Klieren van Cowper = Klierkwabjes omgeven door fibromusculair kapsel omgeven. Dorsaal op het caudale eindgedeelte vd pars pelvina urethrae, raken caudaal ad bulbus penis peniswortel Radix penis = Proximale deel vd penis. Crus penis = Zit stevig vast op de arcus ischuadicus Penislichaam / schacht van de penis / Corpus penis = Lange cilindrische middengedeelte van de penis en loopt onder de huis tussen de dijen naar craniaal. Flexura sigmoidea penis = S-vormige bocht bij het corpus penis van het varken Dorsum penis = Dorsale zijde vd penis Facies urethralis = Ventrale zijde vh penislichaam Pars libera penis = Vrijliggende apicale deel vd penis voorhuid Preputium = Kokervormige huidplooi op de penis Glans penis = Aanzwelling id penistop Erectieel weefsel = Weefsel bestaande uit zwellichamen Elastische bindweefsellaag Tunica albuginea = Omgeeft zwellichamen caverneuze type = Hengst/vleeseters Het aantal cavernen overweegt hier. Erectie heeft plaats door toevoer van een grote hoeveelheid bloed. zachte penis in rust Fibreuze type =Herkauwers/varken Bevat zwellichamen met veel bindweefseltrabekels,weinig bloedruimten. geringe bloedtoevoer leidt tot erectie. Penis in rust is ook hard Corpus cavernosum penis = Grootste zwellichaam vd penis Corpus spongiosum penis = Langer maar minder volumineus dan het corpus cavernosum penis. Bulbus penis = Uitpuilend zwellichaam, caudaal gelegen verdikt segment vh corpus spongiosum. Corpus spongiosum glandis = Craniale verdikking vh corpus spongiosum penis. Smegma = Ingedikte resten vab secreet en afgeschilferd epitheel preputiaalopening Ostium preputiale = Hierdoor kan de pars libera penis bij erectie uitschachten/kan men de penis manueel naar buiten brengen penishuid Cutis penis = Plaats waar binnenblad van de voorhuid aansluit op het cutane slijmvlies dat de pars libera penis bedekt Frenulum preputii = Kleine slijmvliesplooi in de ventrale mediaanlijn, tussen penishuid en binnenblad vh preputium Raphe penis = Overlangse naad op de lamina interna van het voorhuid m. ischicavernosus = Stevige,rode ,parige spier hecht vast aan de zitbeenknobbel en eindigt id tunica albuginea vd crura penis
Ingezonden op 17-08-2014 - 3970x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!