Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Examenidioom Duits.
› 6 6. Leben und Lebendiges
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Examenidioom Duits.
, deel -
6 6. Leben und Lebendiges
Jaar 4 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
die Gattung = de soort die Fruchtbarheitsrate = het vruchtbaarheidscijfer die Wachstumsrate = het groeipercentage die Gestalt = de persoon; de gedaante die Kreatur = het schepsel das Gerippe = het skelet schwindeln = duizelen heimsuchen = teisteren versiegen = opdrogen veröden = onvruchtbaar worden zerrinnen = oplossen; wegvloeien die Verwandlung = de verandering; de gedaanteverwisseling der Schädling = het insect; het schadelijke dier der Wilderer = de stroper das Elfenbein = het ivoor zappeln = spartelen wackeln = wiebelen pusten = blazen die Wucht = de kracht hereinbrechen = zich uitstorten over erlöschen = doven; uitgaan verscharren = begraven; bedelven verheerend = verwoestend prasseln = kletteren; knetteren urwüchsig = ongerept; oorspronkelijk das Getöse = het geraas; het kabaal die Prägungsphase = de inprentingsfase; de socialisatieperiode gären = gisten harsch = ijzig lind = mals; zacht die Miene = de gelaatsuitdrukking das Gewebe = het weefsel das Genick = de nek der Zopf = de vlecht schweifen = dwalen; zwerven winseln = janken das Gelände = het terrein das Gehege = het verblijf; het omheinde gebied die freie Wildbahn = de vrije natuur artgerecht = recht doend aan de soort het bestaan = das Dasein het voedsel = die Nahrung de put = der Brunnen de bron = die Quelle onschuldig = harmlos piepklein = winzig cirkelen = kreisen de kloof = die Kluft verwekken = zeugen fokken = züchten de Duitse herder = der Deutsche Schäferhund de mus = der Spatz de zalm = der Lachs vissen = angeln de paddenstoel = der Pilz Toe maar: ga gerust je gang! = Nur zu, ich bitte dich! Doe maar alsof je thuis bent! = Fühl die wie zu Hause! Niet bang zijn, gewoon instappen! = Nur keine Bange, einfach einsteigen! Neemt u gerust wat! = Greifen Sie ruhig zu! U doet dat heel goed, ga zo door! = Sie machen das sehr gut! Nur weiter so! Probeert het gewoon maar, dan zult u zien dat het gaat! = Versuchen Sie es einfach, dann werden Sie sehen, dass es klappt! Niet zo snel! = Immer mit der Ruhe! Stop eens even, daar gaat iets fout! = Warte mal, da geht was schief! Ho toch eens even, ik kan je niet meer volgen. = Nun sei doch mal still, ich komm' da nicht mehr mit. Het was niet de bedoeling dat u alles zoù nemen! = Es war nicht die Absicht, dass Sie alles nehmen! Niet te hard van stapel lopen! = Nur nichts übers Knie brechen! Momentje, daar moeten we iets op verzinnen! = Einen Moment mal, da müssen wir uns etwas einfallen lassen!
Ingezonden op 06-12-2014 - 1403x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
23-03-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!