Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

TrabiTour, deel a

3 Modale werkwoorden en wissen (met umlaut& ß)

Jaar 2 (vwo)

dürfen=mogen;toestemming hebben

ich darf=ik mag;ik heb toestemming
du darfst=jij mag;jij hebt toestemming
er darf=hij mag;hij heeft toestemming
sie darf=zij mag;zij heeft toestemming
es darf=het mag;het heeft toestemming
wir dürfen=wij mogen;wij hebben toestemming
ihr dürft=jullie mogen;jullie hebben toestemming
sie dürfen=zij mogen;zij hebben toestemming
Sie dürfen=u mag;u heeft toestemming
ich habe gedurft=ik heb gemogen;ik heb toestemming gehad
können=kunnen;in staat zijn tot
ich kann=ik kan;ik ben in staat tot
du kannst=jij kan;jij bent in staat tot
er kann=hij kan;hij is in staat tot
sie kann=zij kan;zij is in staat tot
es kann=het kan;het is in staat tot
wir können=wij kunnen;wij zijn in staat tot
ihr könnt=jullie kunnen;jullie zijn in staat tot
sie können=zij kunnen;zij zijn in staat tot
Sie können=u kunt;u bent in staat tot
ich habe gekonnt=ik heb gekund;ik ben in staat geweest tot
mögen=houden van;lusten
ich mag=ik houd van;ik lust;ik hou van
du magst=jij houdt van;jij lust;
er mag=hij houdt van;hij lust
sie mag=zij houdt van;zij lust
es mag=het houdt van;het lust
wir mögen=wij houden van;wij lusten
ihr mögt=jullie houden van;jullie lusten
sie mögen=zij houden van;zij lusten
Sie mögen=u houdt van;u lust
ich habe gemocht=ik heb gehouden van;ik heb gelust
müssen=moeten{noodzaak}
ich muss=ik moet
du musst=jij moet
er muss=hij moet
sie muss=zij moet
es muss=het moet
wir müssen=wij moeten
ihr müsst=jullie moeten
sie müssen=zij moeten
Sie müssen=u moet
ich habe gemusst=ik heb gemoeten
sollen=moeten{bevel}
ich soll=ik moet
du sollst=jij moet
er soll=hij moet
sie soll=zij moet
es soll=het moet
wir sollen=wij moeten
ihr sollt=jullie moeten
sie sollen=zij moeten
Sie sollen=u moet
ich habe gesollt=ik heb gemoeten
wollen=willen
ich will=ik wil
du willst=jij wil
er will=hij wil
sie will=zij wil
es will=het wil
wir wollen=wij willen
ihr wollt=jullie willen
sie wollen=zij willen
Sie wollen=u wilt
ich habe gewollt=ik heb gewild
wissen=weten
ich weiß=ik weet
du weißt=jij weet
er weiß=hij weet
sie weiß=zij weet
es weiß=het weet
wir wissen=wij weten
ihr wisst=jullie weten
sie wissen=zij weten
Sie wissen=u weet
ich habe gewusst=ik heb geweten
mögen{deze vorm is beleefder}=zou graag willen
ich möchte=ik zou graag willen
du möchtest=jij zou graag willen
er möchte=hij zou graag willen
sie möchte=zij zou graag willen
es möchte=het zou graag willen
wir möchten=wij zouden graag willen
ihr möchtet=jullie zouden graag willen
sie möchten=zij zouden graag willen
Sie möchten=u zou graag willen

Ingezonden op 12-12-2014 - 1482x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 13-12-2014.
Waardering 10 (aantal stemmen: 3)

voting system
1
2
3
4
5

Handige tips
-Bij ich en bij er/sie/es hebben deze ww geen uitgang (op uitzondering van de beleefdere vorm van mögen)
-Bij het enkelvoud staat een andere klinker dan in het meervoud (op uitzondering van sollen)

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

TrabiTour, deel a

3 Modale werkwoorden en wissen (met umlaut& ß)