Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
jesse Dalton
› 4 begrippen geschiedenis §3.6
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
jesse Dalton
, deel 1
4 begrippen geschiedenis §3.6
Jaar 1 (havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
consulaat/consul = in de Romeinse Republiek waren de twee consuls de hoogste bestuurders. ze waren de opperbevelhebbers van het leger en voorzitter van de senaat. dictator =in tijden van nood werd er in de derde eeuw v. Chr. voor een half jaar een dictator benoemd als hoogste bestuurder. in de latere geschiedenis is een dictator iemand die de hoogste macht heeft zonder controle van een parlement Imperium Romanum = het romeinse rijk. soms alleen gebruikt voor de keizertijd(30 v.Chr.- 476 n.Chr). keizer = de gewone naam van Augustus, die net als zijn adoptiefvader caesar heette. al in de eerste eeuw een van de titels van de romeinse keizer. in de geschiedenis de benaming voor de heerser van het romeinse keizerrijk. in de latere geschiedenis een alleenheerser die nog hoger is dan de koning. monarchie = als een persoon de leiding heeft over een staat en er sprake is van erfopvolging, dan spreken we over een monarchie. republiek = in tegenstelling tot de monarchie wordt in een republiek de macht meestal gedeeld en zijn er verkiezingen waarin telkens nieuwe leiders worden gekozen. het leiderschap is dus niet erfelijk. tegenwoordig heeft een monarchie meestal een koning(in) en een republiek een president. romanisering = het overnemen van (delen van) de cultuur van de romeinen. senaat/senator = het Romeinse Republiek met een raad van 300 (later 600 en onder Ceasar zelfs 900) leden. in de senaat zaten de rijkste en machtigste romeinen. alle senatoren hadden functies in het bestuur van het romeinse rijk gehad, bijvoorbeeld consul. volkstribuun = de volkstribunen (in 493 v. Chr. nog maar twee maar later waren het er tien) waren de beschermers van het gewone volk. zij mochten bij de uitoefening van hun straf niet gevangen worden gezet en ze hadden een vetorecht, zodat ze besluiten dei nadelig waren voor het volk konden tegenhouden.
Ingezonden op 15-02-2015 - 1132x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!