Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Team Deutsch !
› 21 BK75 Miteinander reden
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Team Deutsch !
21 BK75 Miteinander reden
Jaar 3 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
miteinander reden = met elkaar praten die Beziehung(en) = de relatie, de betrekking lügen (lügt, log, hat gelogen) = liegen die Schule schwänzen (hat geschwänzt) = spijbelen van school sich schminken (hat sich geschminkt) = zich schminken, opmaken unordentlich = slordig böse sein auf (+akk) = boos zijn op Bist du böse auf mich? = Ben je boos op mij? stören (hat gestört) = storen laute Musik stört meine Eltern = harde/luide muziek stoort mijn ouders der Kummer = het verdriet der Kummerkasten('') = de klachtenbus der Pickel = de pukkel das Gesicht(er) = het gezicht die Kosmetikerin(nen) = de schoonheidsspecialiste auslachen (hat ausgelacht) = uitlachen meine Mitschüler lachen mich aus = mijn medeleerlingen lachen me uit Gehen mit (+dat)(geht, ging, ist gegangen) = gaan met Willst du mit mir gehen? = Wil je met me gaan? zusammen sein (mit + dat) = samen zijn met Schluss machen mit (hat Schluss gemacht) = het uit maken met denken an (+akk)(er denkt, dachte, hat gedacht) = denken aan Ich denke oft an meine Freundin = ik denk vaak aan mijn vriendin die Schwierigkeit(en) = de moeilijkheid die Sorge(n) = de zorg der Ratschlag(''e) = het advies reden (hat geredet) = praten besprechen (+akk)(mit + dat)(er bespricht, besprach, hat besprochen) = bespreken einander = elkaar einander zuhören (hat zugehört) = naar elkaar luisteren miteinander reden (hat geredet) = met elkaar praten fair = fair see fair = wees fair ehrlich = eerlijk still = stil unhöflich = onbeleefd die Regel(n) = de regel, het voorschrift keine Schokolade essen = geen chocolade eten tanzen gehen = gaan dansen Freunde mit nach Hause bringen = vrienden mee naar huis nemen einen Brief schreiben = een brief schrijven Sport machen/treiben = aan sport doen mutig sein = moedig zijn
Ingezonden op 01-06-2015 - 1167x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!