Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Spaans I. Werbrouck
› 6 Spaans/Nederlands 1 unidad 6 De compras
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Spaans I. Werbrouck
6 Spaans/Nederlands 1 unidad 6 De compras
Jaar 1 (volwassenenonderwijs)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
a cuadros = met ruitjes a rayas = met strepen adivinar = raden ahorrar dinero = geld sparen al revés = omgekeerd algodón = katoen alli/alla = ginder... (verst verwijderd, ik zie het niet hier) ancho = wijd árbol = boom armario = kast beis = beige burdeos = bordeau Caqui = kaki carne cruda = rauw vlees casilla = hokje, vakje, postvakje chalé = chalet cómodo = gerieflijk corbata = das, plastron crudo = ecru de lunares = met stippen dependiente/a = winkelbediende /v el abrigo = de mantel el ascensor = de lift el bolígrafo = de stylo, balpen el calcetín = de sok el calzado = het schoeisel el chaleco = de vest (zonder mouwen) el cinturón = de riem el collar = het halssnoer el complemento de objeto directo (COD) = Het lijdend voorwerp el complemento de objeto indirecto (COI) = Het meewerkend voorwerp el dibujo = de tekening, het patroon el estanco = het tabakswinkeltje el gorro = de muts el guante = de handschoen el jersey = de trui, pullover el lino = het linnen el material = de stof el paraguas = de paraplu el pendiente = de oorring el pijama = de de pyjama el sello = de postzegel el sobrino = de neef el sostén = de beha ...n (ltste letter) el sujetador = de beha ....r (ltste letter) el traje = het pak, kostum el vestido = de jurk el vestido = de kleding v... (algemene benaming) encantar = heel graag hebben es que = het is omdat..... escalera mecánica = roltrap estampado = bedrukt estrecho = nauw, smal guardarropa = kleerkast (geen armario) ir de tiendes = gaan winkelen joven = jong la bufanda = de (dikke) sjaal la camisa = het hemd la camiseta = de T-shirt la chaqueta = het jasje, colbert la cosmética = de drogist la forma neutra = de onzijdige vorm la gorra = de pet la hebilla = de gesp la lencería = de lingerie la manga = de mauw la media = de kous la pajarita = de vlinderdas la pana = de ribstof la pastilla = de pil, het tablet la piel = het leer, de pels la pizarra = het bord (school) la postal = de postkaart la raja de la falda = de spleet in de rok la ropa = de kleding r... (algemene benaming) la ropa interior = het ondergoed la sartén = de pan (braadpan) la sección = de afdeling la sobrina = de nicht (dochter van je broer of zus) la suela = de zool lámpara = lamp lana = wol las bragas = de onderbroek (vrouwelijk) las cortinas = de gordijnen las horas de apertura = de openingstijden las tijeras = de schaar liso = effen, onbedrukt los calzoncillos = de onderbroek (mannelijk) los demostrativos = het aanwijzend voornaamwoord los grandes almacenes = Het grootwarenhuis los juguetes = het speelgoed los pantalones = de broek, de broeken los probadores = de kleedkamers los tejanos = de spijkerbroek t los vaqueros = de spijkerbroek v marrón = bruin (kleur) mucha variedad = een grote verscheidenheid nailón = nylon neutro = onzijdig número calza = schoenmaat objeto = voorwerp ojalá = ik zou wel willen (maar het is niet zo...slechts een wens) pagar al contado = cash betalen c... pagar en efectivo = cash betalen e... probarse = proberen WW (kledij passen) sacar dinero = geld afhalen sin adorno = zonder versiering talla = maat (kledij) tarjeta de crédito = kredietkaart tirantes = schouderbandjes, bretellen turquesa = tukoois un adjetivo = een bijvoeglijk naamwoord un adverbio = een bijwoord un pantalón = een broek (bestaat hier in enkelvoud) un pañuelo = een sjaal, een zakdoek un par de zapatos = een paar schoenen un piso = een verdiep (appartement) un rato = een tijdje, een poosje, een wijl un señor mayor = een oudere heer un sustantivo = een zelfstandig naamwoord un ticket = een kasticket t.... un traje sastre = een mantelpakje una blusa = een blouse una camisa a rayas = een streepjeshemd una nota = een kasticket n.... una planta = een verdiep una prenda de vestir = een kledingstuk unos vaqueros = een jeansbroek ¡cómo no! = natuurlijk wel, waarom niet
Ingezonden op 26-09-2015 - 1726x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!