Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
kunstgeschiedenis pcd
› 0 barok
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
kunstgeschiedenis pcd
0 barok
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
aanschouwing = naar de waarneming aanzicht = de kant vanuit welke men iets bekijkt allegorie = samengestelde zinnebeeldige voorstelling waarbij mensen en/of dingen een begrip vervangen {symbool} anamorfose = spel met perspectief anatomie = vooral kennis van het beendergestel, pezen en spieren voor zover die het uiterlijk van de mens en dier bepalen. arceren = lijncombinaties en lijnstelsels aanbrengen met het doel: 1. de indruk te geven van een bepaalde toon 2. reliƫf te suggereren door licht en schaduw. 3. textuur of structuur combinaties hiervan te tonen. 4. factuur of het eigen handschrift te tonen. asymmetrie = het ontbreken van symmetrie, ongelijke opbouw atelierschilders = vormen de tegenpool van de zogenaamde schilders en plein air atmosferisch perspectief = een serie ruimte indicaties veroorzaakt door de werking van een vochtige of stoffige atmosfeer{blauwer, grauwer, lichter, details, contouren} balustrade = borstwering, samengesteld uit balusters, sterk gezwollen spijlen naar het model van de kelk van een wilde granaatbloem barok = europese kunststijl tussen 1550-1700 belichting = belangrijk element in schilderkunst en architectuur{direct, indirect, kunstlicht, zonlicht, links of rechts, tegenlicht, verborgen lichtbron, diffuus licht, overbelichting, onderbelichting} beweging = het zich verplaatsen of verplaatst worden. {gesuggereerde beweging of werkelijke beweging} burijn = graveerbeitel voor metaalbewerking buste = borstbeeld caravagisten = nederlandse navolgers van de italiaanse schilder caravaggio cire perdue = giettechniek stammend uit het oude egypte Clair-obscuur = grote tegenstelling tussen licht en donker, dikwijls om dramatische effecten te bereiken classicisme = 1. richting in de bouwkunst. 2. in de schilderkunst een tekenachtige stroming met vooral klassieke thema's. 3. gevoel voor detail en een perfecte afwerking coulissen = Ruimte-uitbeelding door gedeeltelijk achter elkaar geplaatste werking vlakken diepdruk = wijze van drukken waarbij de afbeelding verdiept in de drukvorm ligt drijven = vervormen van een metalen plaat door kloppen met een hamer droge naaldgravure = de metalen plaat wordt rechtstreeks bekrast met een stalen naald. {Er wordt geen etszuur gebruikt.} eierlijst = zeer oud siermotief voorkomend op bouwwerken ets = vorm van diepdruk in koper, zink, ijzer of glas expressionisme = stroming in de kunst waarbij de gevoelens en de persoon duidelijk zichtbaar worden factuur = handschrift festoen = in steen of stuc nagebootste guirlande van bladeren, bloemen en vruchten veelal opgebonden met linten genre = we onderscheiden diverse soorten van schilderkunst naar het onderwerp genreschilderij = alle onderwerpen die betrekking hebben op het volksleven gesamtkunst = samengaan van architectuur met beeldhouwkunst, schilderkunst en toegepaste kunsten glas = breekbaar al dan niet doorzichtig materiaal gobelin = tapijt van wol of zijde met ingeweven taferelen grafiek = graveerkunst grisaille = schildering in tonen tussen zwart en wit guts = holle beitel hogen = het aanbrengen van de lichte partijen, de belichte kanten{verhoogd plasticiteit} illusionisme = een zo sterke ruimte-suggestie dat de bedrieglijke schijn van een 3d werkelijkheid ontstaat kleurperspectief = ruimtelijke werking door kleur { voor warm, achter koud} kroonlijst = uitspringende horizontale rand als bovenste deel van een gevel licht = zichtbare vorm van energie lichtrichting = in de kunstbeschouwing is het dikwijls noodzakelijk de lichtrichting te beschrijven medaillon = ronde of ovalen siervorm gebruikt bij sieraden maar ook als gevelversiering moment = 1. weergave van een bepaald ogenblik dat typerend is voor de gebeurtenis. 2. het moment van de dag dat wordt weergegeven mythologie = het geheel van verhalen van een volk waarin het de gebeurtenissen uit de oertijd verklaart oeil de boeuf = dakkapel met cirkelvormig of ovaal raam palet = plank met meestal een duimgat waarop verf wordt gemengd paletmes = dun, buigzaam metalen spatel om verf te mengen of aan te brengen personificatie = voorstelling van een begrip dmv een persoon{venus=liefde} perspectief = de kunst om een plat vlak de illusie van verte en diepte te geven pilaster = onderdeel van een bouwwerk dat voor ondersteuning zorgt plaatpers = drukpers voor diepdruk plasticiteit = ruimtelijke gevormdheid van een voorwerp of gebouw portret = een natuurgetrouwe afbeelding van een persoon prentkunst = met name de manuele drukkunst: met de hand gedrukte platen proportie = 1. de verhouding van de maten binnen een vorm. 2. de verhouding van de vorm in zijn omgeving putti = kleine, van hout, gips, of andere materialen vervaardigde kinderfiguren, veelal als model gebruikt realisme = het streven naar het afbeelden van de waarneembare werkelijkheid realistisch = zoals in de zichtbare werkelijkheid reflectie = weerspiegeling repoussoir = Een bijzondere combinatie van overlappen en afsnijding ter versterking van de ruimtesuggestie richting = belangrijk compositorisch gegeven risaliet = vooruitspringend gedeelte in de gevel van een gebouw ruimtelijk = plaats schaduw = niet belichte delen wanneer er sprake is van een lichtbron schilderachtig = met de duidelijke vlek en penseelstreep-opbouw die het handschriftelijk schilderen verraad standpunt = punt van waaruit iets bekeken en in beeld gebracht is stofuitdrukking = gesuggereerde textuur stucwerk = pleisterwerk symbool = een onwrikbaar samengaan van een concreet beeld of ding met een betekenis textuur = de zichtbare en voelbare aard van een oppervlak tint = sterktegraad van een kleur toets = penseelstreek tongewelf = gewelf in de vorm van een halve cilinder Trompe-l'oeil = de zichtbare werkelijkheid zo imiterend dat je zou zweren dat het echt is vanitas = Term voor stillevens waarin tal van symbolen van vergankelijkheid van het leven liggen uitgestald. verkort = door zijn wijkende richting tov de bechouwer vertoont een voorwerp ogenschijnlijke verkortingen
Ingezonden op 07-10-2015 - 608x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!