Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Découvertes
› 6 (goedgekeurd door Intertaal) On fait la fête !
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Découvertes
, deel 1
6 (goedgekeurd door Intertaal) On fait la fête !
Jaar 1 (vmbo-t/havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
une fête =een feest faire la fête =feest vieren; feesten une fête nationale =een nationale feestdag grand / grande =groot un feu d’artifice =een vuurwerk la tour Eiffel =de Eiffeltoren les gens=de mensen danser =dansen un concert =een concert le TGV =de TGV une personne =een persoon l’arrivée=de aankomst hier =gisteren faire le lit =het bed opmaken rester =blijven un blog =een blog les vacances=de vakantie dernier / dernière =hier: vorige content / contente =tevreden, blij fêter quelque chose =iets vieren l’amitié=de vriendschap triste / triste =verdrietig intéressant / intéressante =interessant très =erg bon / bonne =goed patati patata=blablabla peut-être =misschien tout / toute =heel une gare =een station un chanteur / une chanteuse =een zanger / een zangeres oublier quelque chose =iets vergeten petit / petite =klein pendant =tijdens; gedurende enfin =eindelijk Ouf !=Oef! avoir peur =bang zijn un quai =een perron une reine =een koningin l’Angleterre=Engeland un chapeau =een hoed vert / verte =groen long / longue =lang une robe =een jurk rouge =rood une ceinture =een riem jaune =geel penser =denken le jour =de dag joli / jolie =mooi, leuk un jean =een spijkerbroek; een jeans le strass =de stras (namaakjuweeltjes) court / courte =kort avant =voor (tijd) un bal =een bal, een feest mettre quelque chose =iets leggen/zetten; iets aantrekken après =na donner quelque chose à quelqu'un =iemand iets geven un jouet =een stuk speelgoed un rendez-vous =een afspraak mauvais / mauvaise =slecht je veux =ik wil sinon =zo niet un défilé =een optocht Je m’en fous. =Dat maakt me niet uit. donner la main à quelqu'un =iemand een hand geven montrer quelque chose à quelqu'un =iemand iets laten zien une casquette =een pet entre =tussen aider quelqu'un =iemand helpen aller vers quelqu'un =naar iemand toegaan si =zo rencontrer quelqu'un =iemand tegenkomen demander quelque chose à quelqu'un =iemand iets vragen surtout =vooral jaloux / jalouse =jaloers assez =genoeg; tamelijk parler à quelqu'un =met iemand praten au contraire =integendeel autre =ander, andere continuer à faire quelque chose =doorgaan met iets te doen un courriel =een e-mail Cher … / Chère … =Beste … une fleur =een bloem bleu / bleue =blauw blanc / blanche =wit rouge / rouge =rood le ciel =de hemel noir / noire =zwart gris / grise =grijs une couleur =een kleur génial / géniale =super; geniaal changer quelque chose =iets veranderen ça change (de quelque chose) … =dat is nog eens wat anders (dan …) la jalousie =de jaloezie un vêtement =een kledingstuk une basket =een gympie une jupe =een rok un pull =een trui un pantalon =een broek un sweat-shirt =een sweater une chemise =een overhemd un anorak =een windjack une veste =een jasje des chaussures =schoenen une tombola =een tombola une lampe =een lamp un poème =een gedicht
Ingezonden op 08-10-2015 - 785x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Woordenlijst horende bij niveau vmbo gt / havo.
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!