Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Team Deutsch VOOR DE PROHEID
› 12 lektion 12 fit oder faul t/m 14
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Team Deutsch VOOR DE PROHEID
, deel 1
12 lektion 12 fit oder faul t/m 14
Jaar 2 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
zich voelen = sich fühlen hoe voel je je? = wie fühlst du dich? slap = schlapp gelukkig =glücklich sterk = stark fit = fit woedend = wütend zich voeden = sich ernähren gezond = gesund ongezond = ungesund de gezondheid = die gesundheit bewegen = sich bewegen krachtloos (zwak) = kraftlos de badkuip = die badewanne het voertuig; de auto = das fahrzeug de tram = die straBenbahn de metro = die U-bahn relaxen = relaxen de yoga = das yoga het waterpolo = der wasserball de douche = die dusche zich douchen = sich duschen de schoolsport = der schulsport BAUKASTEN: hoe vaak? = wie oft? eenmaal, tweemaal = einmal, zweimal iedere dag = jeden tag dagelijks = täglich iedere week = jeden woche wekelijks = wöchentlich elke maand = jeden monat maandelijks = monatlich soms = manchmal vaak = oft zelden = selten nooit = nie 7 het lichaam = der körper het lichaamsdeel = der Körperlteil het hoofd = der kopf het oor = das ohr de neus = die nase de mond = der mund de hals = der hals de borst = die brust de rug = der rücken de buik = der bauch de arm = der arm de hand = die Hand het been = das bein de voet = der fuB 8 de tak van sport = die sportart het handbal = der handball het schaakspel = das schach het zwemmen = das schwimmen de schoolslag = das brustschwimmen de rugslag = das rückenschwimmen het verspringen = der weitsprung beter = besser de blessure = die verletzung zich blesseren = sich verletzen sport beoefenen = sport treiben de vereniging = der verein regelmatig = regelmäBig doen = tun wat doe jij voor je gezondheid = was tust du für die gesundheit tevreden = zufrieden het joggen = das joggen het inlineskaten = das inlineskaten het snowboarden = das snowboarden de spier = der muskel de spierpijn = der muskelkater zonder = ohne zonder sport voel ik me niet lekker = ohne sport fühle ich mich niet gut dat = dass denken, geloven = denken ik geloof dat zwemmen gezond is= ich denke, dass schwimmen gesund is menen= meinen hopen = hoffen geloven = glauben de kaas = der käse de yogurt = der jogurt de salami = die salami de worst = die wurst de ham = der schinken de nutella = das nutella de jam = die marmelade de honing = der honig de thee = der tee het brood = das brot het broodje = das brötchen de muesli = das müsli de tomaat = die tomate 12 het glas = das Glas het fruit = das obst de schaal = die schale de vloeistof = die flüssigkeit vers = frisch het vruchtensap = der obstsaft de energie = die energie de honger = der hunger de snack = der snack zich concentreren = sich konzentrieren hectich = hektisch de groente = das gemüse meer = mehr verzadigd = satt zijn buikje rond eten = sich satt essen optimaal = optimal de peer = die birne de komkommer = die gurke de wortel = die Möhre de sla = der salat de vruchtensalade = der obstsalat moeten = sollen jij moet gezond eten= du sollst dich gesund ernähren
Ingezonden op 13-10-2015 - 846x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
03-11-2015
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!