Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Grieks Homerus
› 3 62 + 63
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Grieks Homerus
3 62 + 63
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
το ιρον = 1 heiligdom 2 offerdier καρτα = sterk; zeer καταπερ = juist zoals; evenals κατερχομαι = terugkeren απερχομαι = weggaan; vertrekken εξερξομαι = weggaan; naar buiten gaan; aflopen επερχομαι = naderen; aanvallen εσερχομαι = binnengaan; overkomen εσερχεται μοι με = het komt bij mij op; het schiet mij te binnen συνερχομαι = samenkomen; ontmoeten παρερχομαι = = voorbijgaan; binnengaan περιερχομαι = rondgaan; terechtkomen bij; terechtkomen in κατηκω = zich uitstrekken κατοικημαι = wonen συνοικεω = samenwonen; gehuwd zijn οικοδομεω = bouwen το οικημα, οικηματοω = huis; vertrek τα οικια = huis οικηιος = verwant; eigen κατυπερθε(ν) = 1 boven; verder landinwaarts 2 boven; ten noorden van {+gen} το κερας, κερατος = 1 hoorn 2 vleugel ο κολπος = golf; baai το κρεας = vlees το κτηνος, κτηνεος = stuk vee; beest κτιζω = stichten; koloniseren λεγω = zeggen επιλεγω = uitkiezen επιλεγομαι = 1 lezen 2 overwegen η λιμνη = meer; moeras ο μαγος = magiër το μαντηιον = 1 orakelplaats 2 orakeluitspraak το μεγαθος, μεγαθεος = grootte μεγαλως = zeer μεζων, μεζονος = groter ο μεις, μηνος = maand η μεσαμβριη = 1 middag 2 zuiden μετιημι = laten gaan; afzien van; vrijlaten μηδιζω = Perzisch gezind zijn μιν = hem; haar; het οι = aan hem; aan haar σφεις, σφεα = zij; het σφετερος = hun μισγομαι = omgang hebben met συμμισγω = 1 omgaan met; spreken met 2 aan de strijd deelnemen 3 samenkomen met μναομαι = 1 zich herinneren 2 melding maken van μουνος = enig; alleen μουνον = slechts η μυριας, μυριαδος = tienduizendtal ναυμαχεω = een zeeslag leveren η ναυμαχιη = zeeslag ο ναυτικος = vloot ο νηος = tempel η νηυς, νεος = schip; oorlogsschip οι νομαδες, νομαδων = nomaden; herders ο νομος = provincie; district; woonplaats ο νοτος = zuidenwind; zuiden η νουσος = ziekte ο ξεινος = 1 vreemdeling 2 gast; gastvriend; bondgenoot οικα = gelijken op; schijnen οικως, οικοτος = redelijk ο ονος = ezel ορθως = correct; juist ορθως λεγω = gelijk hebben το ορκιον = eed; onder ede gesloten; overeenkomst η ορτη = feest ορυσσω = graven η διωρυξ, διωρυγος = gracht; kanaal ουδαμα = nooit ουδαμοι = geen ο ουρος = grens
Ingezonden op 25-11-2015 - 1640x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!