Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

HCE Engels examenidioom

248 2 (School), 4 (Feelings and attitudes) & 8 (Sports and leisure)

(vmbo)

- 2 English/Dutch:
primary school = basisschool
secondary school = middelbare school
comprehensive school = scholengemeenschap
public school = particuliere kostschool
headmaster (BE) = rector
principal (AE) = rector
caretaker = congiërge
careers adviser = decaan
to attend = bijwonen, aanwezig zijn
history = geschiedenis
geography = aadrijkskunde
physics = natuurkunde
chemistry = scheikunde
PE, Physical Education = lichamelijke opvoeding
oral = mondeling
final = eindexamen
fluency = spreekvaardigheid
desk = bureau, schrijftafel
to discuss = behandelen (van een onderwerp)
average = gemiddeld
dictionary = woordenboek
vocabulary = woordenschat
notebook = schrift
to erase = uitwissen
to bully = pesten
to suspend = schorsen
to play truant = spijbelen
detention = nablijven
illiterate = analfabeet
grant = beurs, studievergoeding
to graduate = diploma behalen
certificate = diploma
compulsory = verplicht
ability = talent
skilled = geschoolde
qualified = bevoegd
advanced = gevorderd
progress = vooruitgang
to catch up with = achterstand inhalen
to mark = nakijken (toets)
- 2 Dutch/English:
onderwijs = education
klas (middelbare school) = form (BE), grade (AE)
pauze = break
uitleg = explanation
oefening, opdraacht = exercise
rooster = timetable
vak, schoolvak = subject
agenda = diary
slagen voor = to pass
cijfer = mark (BE), grade (AE)
rapport = report
proefwerk, repetitie = test
je huiswerk maken = to do your homework
een onvoldoende krijgen/hebben voor = to fail
vreemde talen = foreign languages
- 4 English/Dutch:
gratitude = dankbaarheid
prejudice = vooroordeel
polite = beleefd
hostile = vijandig
desperate = wanhopig
to appal = verbijsteren
to praise = prijzen
to adore = aanbidden
confidence = vertrouwen
disgusting = walgelijk
embrassing = gênant
furious = woedend
anxious = ongerust
to sense = voelen
appalling = vreselijk
attitude = houding
commitment = grote inzet
tendency = neiging
blunt = bot
confusing = verwarrend
cheerful = vrolijk
tension = spanning
suspicious = verdacht
obvious = duidelijk
to envy = benijden (om)
to suffer = lijden
to bear = verdragen
to grieve = treuren
to remind of = doen denken aan
concerned = bezorgd
to ignore = negeren
to reject = afwijzen
reluctantly = met tegenzin
to admire = bewonderen
overwhelmed = overweldigend
to long = sterk verlangen
to be eager = heel graag willen
reassuring = geruststellend
to dedicate to = wijden aan
amazed = stomverbaasd
- 4 Dutch/English:
dankbaar = grateful
irriteren = to annoy
eerlijk gezegd = frankly
helaas = unfortunately
betwijfelen = to doubt
weigeren = to refuse
erop staan = to insist
over het algemeen = in general
gelukkig = fortunately
naar tevredenheid = satisfactory
zin hebben om = to feel like
zich afvragen = to wonder
bui, stemming = mood
van streek = upset
eenzaam = lonely
- 8 English/Dutch:
to compete = deelnemen aan (een wedstrijd)
referee = scheidsrechter
impartial = onpartijdig
semi-final = halve finale
pitch = veld, sportveld
grandstand = tribune
event = gebeurtenis
challenge = uitdaging
to peform = presenteren
to beat = verslaan met
art = kunst
fiction = verhalen, romans etc.
exhabition = tentoonstelling
episode = aflevering
cast = acteurs
archievement = presentatie
equipment = uitrusting
attempt = poging
suspense = spanning
to cheat = valsspelen
pressure = druk
strength = kracht
to defeat = verslaan
to excel = uitblinken
stage = podium
leading part = hoofdrol
facility = voorziening
victory = overwinning
defeat = nederlaag
effort = inspanning
in shape = in vorm
draw = gelijkspel
award = prijs
spectator = toeschouwer
endurance = uithoudingsvermogen
seaside resort = badplaats
rope = touw
gear = spullen, uitrusting
pasttime = vrijetijdsbesteding
voluntary = vrijwillig
- 8 Dutch/English:
vrije tijd = spare time, leisure time
aan sport doen = to do a sport, to play a sport
fitnessen = work out
verzamelen = to collect
lid = member
reserveren = to book
blessure = injury
training = training session
tegenstander = opponent
bioscoop = cinema
acteur, actrice = actor, actress
aanzetten = to switch on
duren = to last
bibliotheek = library
toegangsprijs = admission charge

Ingezonden op 06-12-2015 - 1905x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Uit het Examenidioom vmbo GT, scheidingspunten aangegeven. Veel succes! tip: er zitten echt pittige woorden bij, scroll er eens doorheen van tevoren.

Knippen/kopiëren mag.

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

HCE Engels examenidioom

248 2 (School), 4 (Feelings and attitudes) & 8 (Sports and leisure)