Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
coup de pouce 1
› 3 Un peu de moi ... de a à z
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
coup de pouce 1
3 Un peu de moi ... de a à z
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
les hobbies; les passe-temps = de hobby's les sports = de sporten l' athlétisme = de atletiek la boxe = het boksen la danse = het dansen l' équitation(f.) = het paardrijden le foot(ball) = het voetbal le hockey = het hockey le skate = het skaten le ski = het skieën le tennis = het tennis le tir à l'arc = het boogschieten le volley(ball) = het volleybal les instruments de musique (m.) = de muziekinstrumenten la batterie = het drumstel la guitare = de gitaar la musique = de muziek le piano = de piano le sax(ophone) = de saxofoon la trompette = de trompet le violon = de viool chanter = zingen jouer (dehors) = (buiten) spelen jouer à des jeux vidéo = videospelletjes spelen un mouvement de jeunesse = een jeugdbeweging l'aîné(e) = de oudste; het oudste kind un beau-frère = een stiefbroer; een schoonbroer une belle-soeur = een stiefzus; een schoonzus le cadet; la cadette = de jongste; het jongste kind un demi-frère = een halfbroer une demi-soeur = een halfzus un/ une enfant = een kind un/ une enfant unique = een enig kind une fille = een dochter un frère = een broer des jumeaux(m.) = tweelingen(jongens) des jumelles(f.) = tweelingen(meisjes) une mère = een moeder un père = een vader une soeur = een zus être divorcé(e)(s) = gescheiden zijn l' Allemagne (f.) = Duitsland l' Angleterre (f.) = Engeland la Belgique = België le Canada = Canada l' Espagne (f.) = Spanje les Etats-Unis(m.) = de Verenigde Staten la France = Frankrijk l' Italie(f.) = Italië le Japon = Japan le Maroc = Marokko les Pays-Bas(m.) = Nederland la Pologne = Polen le Portugal = Portugal le Royaume-Uni = het Verenigd Koninkrijk la Russie = Rusland la Turquie = Turkije l' anglais (m.) = het Engels l' allemand (m.) = het Duits l' espagnol (m.) = het Spaans le japonais = het Japans le portugais = het Portugees le russe = het Russisch le turc = het Turks une adresse (e-mail) = een (e-mail) adres une annonce = een advertentie un correspondant = een pennenvriend; een correspondent une correspondante = een pennenvriendin; een correspondente une date de naissance = een geboortedatum être né(e)(s) = geboren zijn une femme = een vrouw une fiche d'inscription/ d'information = een inschrijvingsformulier le formulaire = een formulier un homme = een man une langue = een taal un numéro de téléphone = een telefoonnummer un pays = een land un (pré)nom = een (voor)naam un portable/ un GSM = een gsm un téléphone fixe = een vaste lijn aîné(e) = oudste cadet(te) = jongste jumeau/ jumelle = tweeling- quel(s)/ quelle(s) = welk(e) rare = zeldzaam améliorer = verbeteren bavarder = kletsen, babbelen communiquer = communiceren épeler = spellen faire = maken, doen se présenter = zich voorstellen soigner = verzorgen téléphoner (à) = telefoneren combien (de) = hoeveel ne....jamais = nooit ne...pas = niet/ geen ne...plus = niet meer pourquoi = waarom écouter (de la musique) = (muziek) beluisteren faire du/ de la/ de l'/ des + sport (activité) = sporten/ aan sport doen faire de la natation = zwemmen jouer à la Playstation = PlayStation spelen jouer du/ de la/ de l'/ des + instrument = een instrument bespelen jouer de la guitare = gitaar spelen ça s' écrit comment? = hoe schrijf je dat? J' habite au Canada, à Montréal = Ik woon in Canada, in Montréal. Où habites-tu? = Waar woon jij? Moi, c'est... = Ik, ik ben... Qu' est- ce que tu aimes faire le week-end? = Wat doe jij graag in het weekend? Vous voulez répéter s.v.p.? = Zou u dat willen herhalen a.u.b.? un oncle= een oom une tante= een tante un frère jumeau= een tweelingbroer une soeur jumelle= een tweelingzus les grands-parents= grootouders les petits enfants= kleinkinderen un petit-fils= een kleinzoon une petite-fille= een kleindochter un maris/ une femme= een echtgenoot/ echtegenote un grand-père= een grootvader une grand-mère= een grootmoeder marié= getrouwd remarié= hertrouwd un(e) cosin(e)= neef/ nicht
Ingezonden op 15-03-2016 - 504x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!