Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Sorghvliet Duits // Klas 3
› 4 woordenlijst 1 Nach dem Weg P4
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Sorghvliet Duits // Klas 3
4 woordenlijst 1 Nach dem Weg P4
Jaar 3 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Hallo, können Sie mir helfen?=Hallo, zou u mij kunnen helpen? Ich habe mich verlaufen.=Ik ben de weg kwijt. Wissen Sie wo … ist?=Weet u waar … is? Wo kann ich … finden?=Waar kan ik … vinden? Wie komme ich zum/zur …?=Hoe kom ik bij …? Darf ich Sie etwas fragen?=Mag ik u iets vragen? Können Sie mir den Weg zeigen zu..?=Kan u mij de weg wijzen naar …? Ich suche diese Adresse.=Ik zoek dit adres. Haben Sie eine Stadtkarte/ einen Stadtplan?=Heeft u een plattegrond? Wie weit ist es zu …? =Hoe ver is het tot… ? Gibt es einen speziellenTarif für Schüler?=Is er een speciaal tarief voor scholieren? Sie gehen in die falsche Richtung.=U gaat de verkeerde kant op. Gibt es einen Touristenpass oder einen Jugendtarief?=Bestaat er een kortingskaart voor toeristen of een jongerentarief? Von welchem Gleis fährt der Zug?=Vanaf welk spoor vertrekt de trein? Was sind die Sehenswürdigkeiten hier?=Wat zijn hier de bezienswaardigheden? Wo ist das Fremdenverkehrsamt/ die Touristeninformation=Waar is de VVV Wie viel kostet eine Rückfahrkarte / eine Einzelfahrt?=Hoeveel kost een retour en hoeveel een enkeltje? Wo kann ich ein Rad mieten?=Waar kan ik een fiets huren? Was sind die Öffnungszeiten?=Wat zijn de openingstijden? Welche U-Bahn muss ich nehmen nach Berlin?=Welke metro moet ik nemen naar Berlijn die/eine Bank=een bank Rabatt, Ermässigung=korting die/eine Apotheke=een apotheek das/ein Kaufhaus=en warenhuis der/ein Supermarkt=een supermarkt das/ein Hotel=een hotel Die/eine Polizeiwache=het politiebureau Immer geradeaus=Alsmaar rechtdoor Ich bin fremd hier=Ik ben hier vreemd Nach rechts/ links=Rechtsaf/ linksaf abbiegen =Afslaan/afbuigen der/ein Kreisverkehr=de rotonde das/ein Museum=het museum die/eine Ampel=het stoplicht die/eine Kreuzung=het kruispunt
Ingezonden op 18-04-2016 - 981x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!