Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
STAAL TAAL
› 5 les 1 + 5
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
STAAL TAAL
5 les 1 + 5
Jaar 7 (basisschool)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
chauvinistisch = Overdreven trots op je vaderland. het compromis = Een besluit of oplossing waarbij beide partijen een beetje toegeven. inpolderen = Land maken door (een deel van) een meer of zee droog te maken en er dijken omheen te leggen. karakteristiek = Waaraan je iets of iemand herkent. de klederdracht = De kleren die mensen in een bepaalde streek of in een bepaald land dragen. het landschap = De aanblik die een bepaald stuk land biedt, bijvoorbeeld heuvelachtig. de moedertaal = De taal die je het eerst hebt geleerd (van je ouders). nostalgisch = Verlangend naar vroeger. oer-Hollands = Heel erg Nederlands. onderhandelen = Over iets praten en proberen het eens te worden. opmerkelijk = Opvallend, aandacht vragend. plat = Met dialect, of met een accent waaraan je kunt horen uit welke streek iemand komt. polderen = Onderhandelen tot er een besluit valt waar iedereen tevreden mee is. representatief = Dit zeg je van mensen of dingen die een goed beeld geven van de groep waar ze bij horen. het Standaardnederlands = Het officiële woord voor de Nederlandse taal. de streektaal = Het dialect. typisch = Speciaal bij iemand of iets passend. het vaderland = Het land waarin je geboren bent. de waterwerken = Bouwsels om het water tegen te houden of de waterstand te regelen, bijvoorbeeld dijken. de zeespiegel = De hoogte van het zeewater. beïnvloeden = Invloed hebben, waardoor mensen en dingen veranderen. democratisch = zo noem je een land waar het volk veel invloed heeft op hoe het land geregeerd wordt. direct= rechtstreeks, meteen zeggen waar het om gaat. emigreren= verhuizen naar een ander land, het tegengestelde van immigreren. exporteren= iets naar een ander land brengen/verkopen aan het buitenland. de godsdienstvrijheid=je mag geloven wat je wilt, zonder dat je daarvoor gestraft of gevangengezet wordt. handel drijven = zaken doen, kopen en verkopen. immigreren = in een land komen wonen , het tegengestelde van emigreren . de kolonie = een land dat door een ander land veroverd is en bestuurd wordt. de levensovertuiging = een mening over hoe je moet leven. de normen en waarden = de regels en ideeën over wat goed en slecht is. nuchter = praktisch, zakelijk ongeacht = zonder te letten op. het overzees gebied = een gebied of land aan de andere kant van de oceaan. de samenleving= alle mensen samen binnen een land of cultuur en de manier waarop ze leven en met elkaar omgaan. stemmen = kiezen voor iemand van een politieke partij. tolerant= verdraagzaam . je vindt het geen probleem als mensen er ander over denken. voormalig= vroeger. de vrijheid van meningsuiting = je mag zeggen wat je denkt of vindt, zonder dat je daarvoor gestraft of gevangengezet wordt. wereldwijd= over de hele wereld.
Ingezonden op 09-05-2016 - 3229x bekeken.
Waardering 5.2 (aantal stemmen: 8)
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!