Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Grandes Lignes

456 456 werkwoorden FN 5v 101-200

Jaar 4 (vwo)

contester= betwisten, aanvechten
continuer= doorgaan met
convaincre= overtuigen
convertir= bekeren
correspondre= overeenkomen, schrijven
côtoyer= omgaan met
courir= rennen
coûter cher= veel kosten
couvrir= bedekken
craindre= vrezen
crier= schreeuwen
croire= geloven, denken te
cueillir= plukken
cuire= koken (chemisch proces)
cuisiner= koken (bereiden)
cultiver= verbouwen, ontwikkelen
débarquer= aan land komen
décéder= overlijden
décerner= toekennen
décider de= besluiten (om) te
déconner= domme dingen doen
découvrir= ontdekken
décrire= omschrijven
décrocher= afhaken
déduire de= afleiden uit/van
défendre= verdedigen
défendre de X= verbieden (om) te X
déjeuner= lunchen
délaisser= in de steek laten
délivrer= bevrijden
demander de= vragen (om) te
démontrer= aantonen
déplorer= betreuren
déposer une plainte= een klacht indienen
déranger= storen
descendre=naar beneden gaan, uitstappen
dessiner= tekenen
détenir= in bezit houden
détester= hekel hebben aan
détruire= vernietigen
devenir= worden
déverser= uitstorten
devoir=moeten
diffuser= verspreiden
diminuer= verlagen
dire à= zeggen tegen
dire de= zeggen te/over
discuter= bespreken, discussiëren
disparaître= verdwijnen
dissoudre= ontbinden
divertir=vermaken
donner= geven
donner sur= uitkijken op
dormir= slapen
douter= twijfelen
draguer= iemand versieren
échanger= uitwisselen
économiser=(be)sparen
écourter= inkorten
écouter= luisteren naar
écrire à= schrijven naar
édifer= opbouwen
éduquer= onderrichten
effrayer= beangstigen
élever= opvoeden
emballer= verpakken
embarasser= hinderen
embrasser= omhelzen
émouvoir= ontroeren
empêcher de= beletten (om) te
employer= in dienst hebben
emprunter= lenen van
enfler= zwellen
enfoncer= wegzakken, inslaan
ennuyer= hinderen
enseigner= onderwijzen, lesgeven
entendre= horen
entourer= omringen
entrer= binnenkomen
entretenir= onderhouden
envisager= overwegen, van plan zijn
envoyer= (op)sturen
éprouver= ervaren, gevoelen
escalader= beklimmen
essayer= proberen/ passen
essayer de= proberen (om) te
éteindre= uitdoen (licht)
être= zijn
être censé= geacht worden
être dommage= jammer zijn
être utile de= nuttig zijn (om)
éviter= vermijden
examiner= onderzoeken
exister= bestaan
expliquer= uitleggen
exprimer= uitdrukken
faire= doen, maken
faire beau= mooi weer zijn
faire face à= het hoofd bieden aan
faire mal= pijn doen

Ingezonden op 14-06-2016 - 957x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Dit zijn woorden 101-200 van de 500 werkwoorden die geoefend moesten worden. Succes met leren!

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Grandes Lignes

456 456 werkwoorden FN 5v 101-200