Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
bovenbouw Van alles en nog meer
› 20 Spaans alles Modulo 20
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
bovenbouw Van alles en nog meer
20 Spaans alles Modulo 20
Jaar 5 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
He hecho senderismo. = Ik heb een bergwandeling gemaakt.; Ik heb een trektocht gemaakt. ¿Te has quedado en casa? = Ben je thuis gebleven? A los hijos les gusta ver la tele.; A los hijos les gusta ver la televisión. = De kinderen kijken graag tv. Hemos disfrutado del sol. = We hebben lekker in de zon gezeten. He leído un libro bueno. = Ik heb een goed boek gelezen. por las mañanas = 's morgens de vez en cuando = af en toe; nu en dan todos los días = alle dagen todos los fines de semana = alle weekenden; alle weekends casi nunca = bijna nooit alguna vez; pocas veces = een enkele keer una vez por... = eenmaal per...; een keer per... a veces = soms; weleens cada vez más; cada vez menos = steeds meer; steeds minder dos veces por mes = tweemaal per maand; twee keer per maand una hora por = een uur per muchas veces; a menudo = vaak por primera vez = voor het eerst; voor de eerste keer nuestro; nuestra = onze dedicarse a = beoefenen; zich bezig houden met lo mismo = hetzelfde el director = de directeur la pintora = de schilderes por = door el bosque = het bos la inauguración = de vernissage la galería = de galerie el arte = de kunst el portero = de portier el submarinismo = het diepzeeduiken quedarse = blijven dormir = slapen {ue} la enfermera = de verpleegster el parque = het park pasarse = doorbrengen; tijd doorbrengen el banco = de zitbank la fuente = de fontein disfrutar de = genieten van escuchar = luisteren relajarse = zich ontspannen el bombero = de brandweerman descansar = uitrusten levantarse = opstaan tarde = laat coger = nemen; pakken marcharse = weggaan recorrer = afstand afleggen; afleggen el kilómetro = de kilometer cansarse = moe worden un par = een paar por lo demás = voor de rest; verder la naturaleza = de natuur pasarlo bomba = zich fantastisch amuseren un par de horas = een uur un par de veces = een paar keer Me he quedado a dormir. = Ik ben blijven slapen. Me lo he pasado bomba. = Ik heb me fantastisch geamuseerd. decir = dicho {geef volt. dw.} hacer = hecho {geef volt. dw.} poner = puesto {geef volt. dw.} ver = visto {geef volt. dw.} escribir = escrito {geef volt. dw.} volver = vuelto {geef volt. dw.} ir = ido {geef volt. dw.} ser = sido {geef volt. dw.} volver = terugkomen {geef vertaling} haber = he - has - ha - hemos - habeís - han {geef rijtje}
Ingezonden op 25-09-2016 - 941x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!