Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Gente hoy Spaans
› 2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Gente hoy Spaans
hoofdstuk 2
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
acabar=afmaken el aceite de oliva=de olijfolie activo=actief el actor=de acteur la actriz=de actrice además de=behalve, naast admirar=bewonderen la afición=de hobby agradable=aardig la agricultura=de landbouw al revés=integendeel alegre=vrolijk alemán=Duits alemana=Duitse alto=lang amable=vriendelijk el animal=het dier antes de=voor antiguo=oud el apasionado=de hartstochtelijk liefhebber la apasionada=de hartstochtelijk liefhebster aquí=hier el árabe=het Arabisch argentino=Argentijns el arquitecto=de architect la arquitecta=de architecte el artista=de kunstenaar la artista=de kunstenares el aspecto físico=het uiterlijk el bachillerato=het bovenbouw middelbaar onderwijs bailar=dansen el banco=de bank bastante=nogal la batería=het drumstel belga=Belgisch la boda=de bruiloft la calle=de straat la cámara=de camera el carácter=de karakter cariñoso=liefdevol el cartel=het plakkaat casado=getrouwd el chico=de jongen la chica=het meisje el cine=de bioscoop el clima=het klimaat cocinar=koken el cole=de school coleccionar=verzamelen comer=eten como=zoals el compañero de trabajo=de collega la compañera de trabajo=de collega la comunidad autónoma=de deelstaat el contable=de boekhouder el contacto=het contact el contraste=het contrast la costumbre=de gewoonte creer=geloven cuando=wanneer cultural=cultureel el cuñado=de zwager la cuñada=de schoonzus dedicarse a=zich wijden aan dejar=verlaten de ... al=van ... tot el dentiste=de tandarts el derecho=de rechten difícil=moeilijk el diseñador=de ontwerper la diseñadora=de ontwerpster divorciado=gescheiden dormir=slapen e=en egoísta=egoïstisch en general=over het algemeen en paro=werkloos la enseñanza secundaria=het voorgezet onderwijs el equipo=het team es cierto=dat is waar escribir=schrijven la escuela=de school esquiar=skiën estadounidense=uit de Verenigde Staten el estudiante=de student estudiar=studeren la expresión=de uitdrukking extranjero=buitenlands fácil=gemakkelijk la familia=de familie el familiar=het familielid feliz=gelukkig la forma=de vorm la fotografía=de fotografie francés=Frans francesa=Franse el funcionario=de ambtenaar la funcionaria=de ambtenaar fútbol=voetbal el futbolista=de voetballer el gato=de kat guapo=knap la guitarra=de gitaar el gusto=de smaak hay=er is hacer=doen el hermano=de broer la hermana=de zus el hijo=de zoon la hija=de dochter los hijos=de kinderen la historia=de geschiedenis histórico=historisch holandés=Nederlands holandesa=Nederlandse el idioma=de taal independiente=onafhankelijk inglés=Engels inglesa=Engelse inteligente=intelligent interesante=interessant ir=gaan italiano=italiaans el joven=de jongere jubilado=gepensioeneerd jugar=spelen jugar al fútbol=voetballen leer=lezen el libro=het boek llorar=huilen el lugar=de plaats la madre=de moeder mal=slecht la mañana=de ochtend el mar=de zee la marca=het merk marroquí=Marokkaans mayor=groter, ouder el mayor=de grootste, de oudste mismo=hetzelfde el modo=de manier moreno=donker la música=de muziek muy=heel la nacionalidad=de nationaliteit nada=niets nadar=zwemmen nicaragüense=uit Nicaragua el niño=de jongen la niña=het meisje el novio=de vaste vriend la navia=de vaste vriendin ocupar=bezetten optimista=optimistisch el origen=de afkomst el padre=de vader los padres=de ouders el papel=het papier parado=werkloos la pareja=de partner pedante=betweterig la película=de film perezoso=lui el periódico=de krant el perro=de hond el personaje=de personage la personalidad=de persoonlijkheid peruano=peruaans pesimista=pessimistisch pintar=schilderen el plato=het gerecht por eso=daarom por la mañana='s ochtends por la tarde='s middags el porcentaje=het percentage porque=omdat el producto=het product la profesión=het beroep el profesor=de leraar la profesora=de lerares hacer punto=breien qué va=welnee quien=wie quién?=wie? quinzá=misschien recibir=ontvangen salir=weggaan el señor=de meneer la señora=de mevrouw sentarse=gaan zitten serio=serieus servir=dienen siempre=altijd simpático=aardig sociable=sociaal solo=alleen soltero=vrijgezel sorprendente=verrassend sueco=zweeds suizo=zwitsers tener .. años=.. jaar oud zijn la tienda de ropa=de kledingwinkel tímido=verlegen típico=typisch tocar=bespelen van een instrument trabajador=ijverig trabajar=werken travieso=stout el turista=de toerist un poco=een beetje la universidad=de universiteit variado=afwisselend varios=verscheidene vegetaraiano=vegetarisch el vendedor=de verkoper la vendedora=de verkoopster venir=komen ver=zien viajar=reizen el viudo=de weduwnaar la viuda=de weduwe vivir=leven ya=al
Ingezonden op 17-10-2016 - 437x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
22-10-2016
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!