Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Basic Business Words
› 28 Enterprises
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Basic Business Words
28 Enterprises
Jaar 1 (hbo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
onderneming= enterprise ondernemer= entrepreneur ondernemings-= entrepreneurial zaak= business bedrijf= company firma= firm hoe gaan de zaken?= how is business? werknemer= employee klein bedrijf= small business middenbedrijf= medium-sized business midden- en kleinbedrijf (MKB)= small and medium-sized businesses/ enterprises eenmanszaak= one-man business een zaak drijven= to run a business een eigen zaak= a business of her own kleine zelfstandige= self-employed person zelfstandige zonder personeel (ZZP'er)= self-employed without employees kans/gelegenheid= opportunity zaken doen met= to do business with zakenman= businessman zakenvrouw= businesswoman zakelijk= businesslike oprichten= to establish/ found/ set up zakenreis= business trip zakenrelatie= business contact visitekaartje= business card relatiegeschenk= promotional gift/ business gift compagnon/ zakenpartner= business partner aansprakelijkheid= liability beperkt= limited aansprakelijk= liable vennootschap= limited liability company naamloze vennootschap (NV)= public (limited) company (plc) besloten vennootschap= private (limited) company (plc) vennootschap 2= corporation enige= sole mede-eigenaar= joint owner riskante onderneming= venture durfkapitalist= venture capitalist gezamenlijke onderneming= joint venture dochter-onderneming= subsidiary moedermaatschappij= parent company fuseren= to merge fusie= merger samenwerken= to co-operate samenwerking= co-operation profiteren van= to benefit/ profit from voordeel= advantage nadeel= disadvantage overnemen= to take over overname= takeover vijandige overname= hostile takeover leiden/ besturen= to manage directie= management raad van commissarissen= board of directors voorzitter= chairman leidinggevende= executive algemeen directeur= managing director/ chief executive officer (CEO) verantwoordelijk= responsible verantwoordelijkheid= responsibility financieel directeur= finance director verkoopleider= sales manager leidinggevend= managerial leiderschap= leadership kantoor= office personeel= staff/ personnel middelen= sources personeelsmanager= personnel/ hr manager functionerings-beoordeling= performance appraisal/ review hoofdkantoor= head office/ quarters staatonderneming= state-owned enterprise particulier= private aandeel/ belang= stake verwerven/kopen= to acquire aankoop= acquisition
Ingezonden op 31-10-2016 - 623x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!