Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
EuroAce
› 1 werkwoorden b1
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
EuroAce
1 werkwoorden b1
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
abandonar = in de steek laten abrazar = knuffelen aburrirse = zich vervelen acabar = beëindigen aceptar = accepteren acercarse = naderen aclarar = verduidelijken acompañar = vergezellen aconsejar = adviseren acordarse = zich herinneren acostarse = naar bed gaan acostumbrarse = wennen actuar = acteren, handelen adelantar = passeren, voorschieten adelgazar = afvallen adivinar = voorspellen admitir = toegeven advertir = opmerken afeitarse = zich scheren afirmar = bevestigen agarrar = vastpakken agotar = uitputten agradar = behagen agradecer = bedanken agrandar = vergroten agrupar = groeperen aguantar = tolereren, weerstaan ahorrar = besparen alcanzar = bereiken alegrar = opvrolijken alejar = weghouden almorzar = lunchen alquilar = huren amanecer = dag worden amar = liefhebben amenazar = bedreigen andar = wandelen anochecer = nacht worden añadir = toevoegen apagar = uitdoen aparcar = parkeren aparecer = verschijnen apoyar = ondersteunen aprender = leren apretar = indrukken aprobar = goedkeuren arreglar = restaureren arrepentirse = spijt hebben asustar = bang maken atacar = aanvallen atender = zorgen voor aumentar = groeien avanzar = bevorderen avisar = waarschuwen ayudar = helpen bailar = dansen bajar = dalen bañar = badderen barrer = vegen beber = drinken besar = kussen borrar = wegvegen bucear = duiken burlarse = plagen buscar = zoeken caber = passen caerse = vallen calcular = berekenen calentar = verwarmen callarse = zwijgen calmarse = kalmeren cambiar = veranderen, wisselen caminar = lopen cansarse = moe worden cantar = zingen cargar = laden casarse = trouwen castigar = straffen causar = veroorzaken cazar = jagen celebrar = vieren cenar = avondeten cerrar = sluiten charlar = kletsen chatear = chatten chocar = botsen cobrar = innen cocinar = koken coger = nemen colgar = ophangen colocar = plaatsen comenzar = beginnen comer = eten compartir = delen competir = concurreren comprar = kopen comprender = snappen comunicar = communiceren condenar = afkeuren conducir = rijden confesar = bekennen confiar = vertrouwen confirmar = confirmeren conocer = kennen conquistar = veroveren conseguir = verwerven consentir = toestemmen conservar = behouden construir = construeren consumir = consumeren contaminar = bevuilen contar = tellen, vertellen contestar = beantwoorden continuar = doorgaan contribuir = bijdragen controlar = controleren convencer = overtuigen convertir = converteren copiar = kopiëren corregir = corrigeren correr = rennen cortar = knippen coser = naaien costar = kosten crear = creëren crecer = opgroeien creer = geloven criar = opvoeden criticar = bekritiseren cruzar = oversteken cubrir = bedekken cuidar = oppassen culpar = verwijten cultivar = cultiveren cumplir = uitvoeren curar = genezen dar = geven deber = moeten decidir = beslissen decir = zeggen dedicar = toewijden defender = verdedigen dejar = laten demostrar = bewijzen, demonstreren depender = afhangen desayunar = ontbijten desaparecer = verdwijnen descansar = rusten describir = beschrijven descubrir = ontdekken desarrollar = ontwikkelen desear = verlangen descargar = downloaden deshacer = ongedaan maken desnudarse = uitkleden despedir = ontslaan despedirse = afscheid nemen despertarse = wakker worden destruir = vernietigen detener = arresteren devolver = retourneren dibujar = tekenen dirigir = besturen distinguir = onderscheiden distribuir = distribueren disfrazarse = verkleden divertirse = zich vermaken divorciarse = scheiden dividir = verdelen doler = pijn doen doblar = buigen, vouwen dormir = slapen ducharse = douchen dudar = twijfelen durar = duren echar = gooien educar = onderwijzen elegir = kiezen eliminar = elimineren emborracharse = dronken worden emigrar = emigreren empezar = starten emplear = benutten empujar = duwen enamorarse = verliefd worden encantar = plezieren encender = aandoen encerrar = opsluiten encontrar = vinden enfadarse = boos worden engañar = bedriegen engordar = aankomen enseñar = aanleren ensuciar = vuilmaken entender = begrijpen enterarse = achterkomen entrar = binnenkomen entregar = inleveren entretener = amuseren envejecer = verouderen enviar = verzenden equivocarse = zich vergissen escapar = ontsnappen esconder = verstoppen escribir = schrijven esperar = hopen, wachten explotar = uitbuiten exponer = blootstellen expresar = uitdrukken extender = verlengen escuchar = luisteren fabricar = fabriceren faltar = ontbreken felicitar = feliciteren fijarse = opletten fingir = doen alsof firmar = ondertekenen florecer = bloeien formar = vormen fortalecer = versterken fregar = schrobben freír = frituren fumar = roken funcionar = funcioneren ganar = winnen gobernar = regeren gastar = uitgeven girar = afslaan graduarse = afstuderen gritar = schreeuwen grabar = opnemen guardar = bewaken guiar = rondleiden gustar = bevallen hablar = praten hacer = doen hallar = bevinden hojear = doorbladeren huir = vluchten congelar = bevriezen herir = verwonden hervir = aankoken importar = uitmaken imprimir = uitprinten incluir = bevatten indicar = aangeven impedir = tegenhouden influir = beïnvloeden informar = informeren iniciar = initiëren insistir = aandringen ofender = beledigen intentar = proberen interesar = interesseren inventar = uitvinden invitar = uitnodigen invadir = binnenvallen ir = gaan jubilarse = met pensioen gaan jugar = spelen juntar = bijeenvoegen jurar = zweren justificar = rechtvaardigen juzgar = beoordelen ladrar = blaffen lanzar = lanceren lavar = wassen leer = lezen levantarse = opstaan limpiar = schoonmaken llamar = bellen llamarse = heten llegar = arriveren llenar = vullen llevar = dragen, meenemen llorar = huilen llover = regenen luchar = strijden madurar = rijpen madrugar = vroeg opstaan mandar = commanderen, sturen mantener = onderhouden manchar = vuil worden maquillarse = zich opmaken matricularse = zich aanmelden marcar = merken masticar = kauwen maullar = miauwen medir = meten mejorar = verbeteren mentir = liegen merecer = verdienen merendar = borrelen meter = leggen mezclar = mengen mirar = kijken mojar = nat maken molestar = storen montar = berijden, monteren morir = doodgaan mostrar = laten zien mover = bewegen mudarse = verhuizen nacer = geboren worden nadar = zwemmen navegar = varen necesitar = nodig hebben negar = ontkennen negarse = weigeren nevar = sneeuwen notar = noteren obedecer = gehoorzamen obligar = verplichten obtener = verkrijgen ocurrir = plaatsvinden odiar = haten acusar = beschuldigen ofrecer = aanbieden oír = horen oler = ruiken olvidar = vergeten oponerse = tegenwerken ordenar = opruimen organizar = organiseren pagar = betalen parar = stoppen parecerse = eruitzien partir = splitsen, vertrekken pasar = gebeuren pasear = slenteren patinar = schaatsen pedir = aanvragen pegar = lijmen peinarse = zich kammen pelear = vechten pensar = denken perder = verliezen perdonar = vergeven permanecer = blijven permitir = toestaan perseguir = najagen pertenecer = toebehoren pesar = wegen pescar = vissen pintar = schilderen planchar = strijken plantar = planten poder = kunnen poner = zetten practicar = oefenen preferir = verkiezen preguntar = vragen preparar = voorbereiden presentar = presenteren probarse = aanpassen prohibir = verbieden prometer = beloven proponer = voorstellen proteger = beschermen protestar = protesteren provocar = voorkomen publicar = publiceren quedar = afspreken quedarse = verblijven quejarse = klagen quemar = verbranden querer = willen quitar = verwijderen reaccionar = reageren rechazar = afwijzen recibir = ontvangen reciclar = recyclen recoger = ophalen recomendar = aanbevelen reconocer = herkennen recordar = onthouden recuperar = herstellen reducir = reduceren regalar = cadeau geven reflexionar = nadenken regañar = terechtwijzen regar = wateren registrar = registreren regresar = terugkeren reinar = heersen reír = lachen renovar = renoveren renunciar = ontslag nemen, opgeven reparar = repareren repasar = bespreken repetir = herhalen reservar = reserveren resolver = oplossen respeter = respecteren respirar = ademhalen responder = antwoorden resultar = resulteren retrasar = vertragen rezar = bidden robar = stelen romper = breken saber = weten sacar = wegzetten salir = uitgaan saltar = springen saludar = begroeten salvar = redden secar = drogen sentarse = zitten sentirse = zich voelen señalar = signaleren ser = zijn servir = serveren significar = betekenen silbar = fluiten situar = situeren sobrevivir = overleven soler = gewend zijn sonar = klinken sonreír = glimlachen soñar = dromen soportar = verdragen sorprender = verrassen subir = stijgen suceder = overkomen sufrir = lijden sujetar = vastzetten suponer = veronderstellen surgir = ontstaan suspender = verwerpen sustituir = vervangen tachar = doorstrepen tapar = dekken tardar = treuzelen temer = vrezen tender = neigen tener = hebben terminar = eindigen tirar = weggooien tocar = aanraken tomar = nemen torcer = verdraaien toser = hoesten trabajar = werken traducir = vertalen traer = brengen tragar = doorslikken tratar = behandelen tropezar = struikelen tumbarse = liggen unir = verenigen usar = gebruiken utilizar = utiliseren vaciar = legen valer = waard zijn variar = variëren vender = verkopen venir = komen ver = zien vestirse = zich kleden viajar = reizen visitar = bezoeken vivir = leven, wonen volar = vliegen volver = terugkomen vomitar = overgeven votar = stemmen
Ingezonden op 08-11-2016 - 599x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
08-02-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!