Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via WRTS. Klik op 'Overhoren'

D'accord!

4294967295 ww. être,avoir,aller,prendre,venir,faire,pouvoir,vouloir,devoir.

Jaar 1 (havo/vwo)

Être = zijn
Je suis = ik ben
Tu es = jij bent
Il est = hij is
Elle est = zij is
On est = men is
Nous sommes = wij zijn
Vous êtes = jullie zijn
Ils sont = zij zijn (m)
Elles sont = zij zijn (v)

Été = voltooid deelwoord
Avoir = hebben
J’ai = ik heb
Tu as = jij hebt
Il a = hij heeft
Elle a = zij heeft
On a = men heeft
Nous avons = wij hebben
Vous avez = jullie hebben
Ils ont = zij hebben (m)
Elles ont = zij hebben (v)
Eu = voltooid deelwoord
Aller = gaan
Je vais = ik ga
Tu vas = jij gaat
Il va = hij gaat
Elle va = zij gaat
On va = men gaat 
Nous allons = wij gaan
Vous allez = jullie gaan
Ils vont = zij gaan (m)
Elles vont = zij gaan (v)
Allé(e) = voltooid deelwoord
Prendre = nemen
Je prends = ik neem
Tu prends = jij neemt
Il prend = hij neemt
Elle prend = zij neemt
On prend = men neemt
Nous prenons = wij nemen
Vous prenez = jullie nemen
Ils prennent = zij nemen (m)
Elles prennent = zij nemen (v)
Pris = voltooid deelwoord
Faire = doen, maken
Je fais = ik doe, maak
Tu fais = jij doet, maakt
Il fait = hij doet, maakt
Elle fait = zij doet, maakt
On fait = men doet, maakt
Nous faisons = wij doen, maken
Vous faites = jullie doen, maken
Ils font = zij doen, maken (m)
Elles font = zij doen, maken (v)
Fait = voltooid deelwoord
Venir = komen
Je viens = ik kom
Tu viens = jij komt
Il vient = hij komt
Elle vient = zij komt
On vient = men komt
Nous venons = wij komen
Vous venez = jullie komen
Ils viennent = zij komen (m)
Elles viennent = zij komen (v)
Venu(e) = voltooid deelwoord
Pouvoir = kunnen
Je peux = ik kan
Tu peux = jij kunt
Il peut = hij kan
Elle peut = zij kan
On peut = men kan
Nous pouvons = wij kunnen
Vous pouvez = jullie kunnen
Ils peuvent = zij kunnen (m)
Elles peuvent = zij kunnen (v)
Pu = voltooid deelwoord
Vouloir = willen
Je veux = ik wil
Tu veux = jij wilt
Il veut = hij wilt
Elle veut = zij wilt
On veut = men wilt
Nous voulons = wij willen
Vous voulez = jullie willen
Ils veulent = zij willen (m)
Elles veulent = zij willen (v)
Voulu = voltooid deelwoord
Devoir = moeten
Je dois = ik moet
Tu dois = jij moet
Il doit = hij moet
Elle doit = zij moet
On doit = men moet
Nous devons = wij moeten
Vous devez = jullie moeten
Ils doivent = zij moeten
Elles doivent = zij moeten
Dû = voltooid deelwoord

Ingezonden door Boning (Gymnasium Camphusianum) op 19-04-2009 - 5393x bekeken.
Waardering 8.4 (aantal stemmen: 25)

voting system
1
2
3
4
5

Ik hoop dat hij foutloos is

Suc6 met leren

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Reacties (20)

Rick

07-11-2012 14:40

ik vind het super ik was de werkwoorden van vorig jaar vergeten nu weet ik ze weer

Lisa

15-10-2013 19:37

Super handig..! Hoef niet meer op te letten voor de ww...!

raymond

04-12-2013 9:39

dit is wel goed maar wel 4 jaar oud mijn lijst wijkt een beetje af met de voltooiddeelwoorden verder is ie goed :DDDDD

cvh

12-03-2014 15:58

awesomeeee

xx directioner for everrrr!!

miss.one.direction.

12-03-2014 15:59

ahumm?! one direction is van mij

pls haal die gedachte uit je hoofd!

btw goede lijst man!

Vakken

D'accord!

4294967295 ww. être,avoir,aller,prendre,venir,faire,pouvoir,vouloir,devoir.

Reacties (20)