Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Examenidioom 6 vwo
› 21 NE-DU
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Examenidioom 6 vwo
21 NE-DU
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
trouwen = heiraten de bruiloft = die Hochzeit de scheiding = die Trennung volwassen = erwachsen de belangstelling = das Interesse gezellig = gemütlich de vriendengroep = die Clique de kameraad = der Kumpel de wijk = die Siedlung dakloos = obdachlos afspreken = sich verabreden tutoyeren = duzen de jongeren = die Jugendlichen hartstochtelijk = leidenschaftlich de gunst = der Gefallen de kleuterschool = der Kindergarten het proefwerk = die Klassenarbeit het opstel = der Aufsatz de fout = der Fehler het cijfer = die Zensur het rapport = das Zeugnis letterlijk = buchstäblich de betekenis = die Bedeutung overschrijven = abschreiben de bijles = die Nachhilfe het lokaal = das Klassenzimmer het bord = die Tafel de conciërge = der Hausmeister het college = die Vorlesung de studiebeurs = das Stipendium lichamelijk = körperlich spuiten = spritzen braken = sich erbrechen afvallen = abnehmen de kanker = der Krebs verslaafd = süchtig de drugs = die Drogen verzorgen = pflegen de blessure = die Verletzung het gewricht = das Gelenk de spier = der Muskel deelnemen = sich beteiligen het elftal = die Mannschaft het lid = das Mitglied de winnaar = der Sieger de aandacht = die Aufmerksamkeit beschouwen = betrachten de voorkeur geven aan = bevorzugen waarderen = schätzen vrezen = befürchten spijt hebben van = bereuen de teleurstelling = die Enttäuschung de verontwaardiging = die Empörung de opwinding = die Aufregung onzin vertellen = spinnen de grap = der Witz verbazingwekkend = erstaunlich de beslissing = die Entscheidung de verleiding = die Versuchung het gebied = der Bereich voldoende = genügend plaatselijk = örtlich de afstand = die Entfernung de hoeveelheid = die Menge genoeg zijn = ausreichen reusachtig = riesig ooit = irgendwann de eeuw = das Jahrhundert middeleeuws = mittelalterlich op tijd = rechtzeitig de haast = die Eile onlangs = kürzlich voormalig = ehemalig toenmalig = damalig het bestaan = das Dasein het voedsel = die Nahrung de put = der Brunnen de bron = die Quelle ontschuldig = harmlos piepklein = winzig cirkelen = kreisen de kloof = die Kluft verwekken = zeugen fokken = züchten de Duitse herder = der Deutsche Schäferhund de mus = der Spatz de zalm = der Lachs vissen = angeln de paddenstoel = der Pilz het rijbewijs = der Führerschein de vrachtauto = das Kraftfahrzeug de kofferruimte = der Kofferraum sturen = lenken inhalen = überholen de rotonde = der Kreisverkehr de parkeerplaats = der Parkplatz het slachtoffer = das Opfer het stoplicht = die Ampel de veiligheid = die Sicherheit gordels dragen = anschnallen de pomp = die Zapfsäule loodvrij = bleifrei de metro = die U-Bahn verlichten = erleichtern boeien = fesseln berperken = einschränken falen = versagen vernielen = zerstören ontruimen = räumen vegen = kehren verwijderen = beseitigen schaden = beeinträchtigen opschepen met = aufhalsen stimuleren = fördern inrichten = gestalten verlenen = gewähren prikkelen = reizen ervoor zorgen = veranlassen de gebarentaal = die Gebärdensprache het gsm-nummer = die Handynummer informeren = sich erkundigen overeenkomen = vereinbaren zich verspreiden = sich verbreiten publiceren = veröffentlichen de ingezonden breif = der Leserbrief de enquête = die Umfrage ondervragen = befragen bevestigen= bestätigen het nieuws = die Tagesschau de soap = die Seifenoper de uitzending = die Übertragung de omroep = der Rundfunk de tekenfilm = der Zeichentrickfilm stipt = pünktlich grondig = gründlich slim = schlau intelligent = klug verstandig = vernünftig vredig = friedlich teder = zärtlich beleefd = höflich betrouwbaar = zuverlässig rechtvaardig = gerecht lui = faul brutaal = frech gewelddadig = brutal gruwelijk = grausam ambitieus = ehrgeizig de klant = der Kunde de korting = der Rabatt de tegoedbon = der Gutschein het koopje = das Schnäppchen goedkoop = preiswert verkrijgbaar = erhältlich de advertentie = die Anzeige het reclamebureau = die Werbeagentur produceren = herstellen de keuze = die Auswahl de landbouw = die Landwirtschaft de subsidie = die Subvention de gift = die Spende de beurs = die Messe zakelijk = geschäftlich de oplossing = die Lösung bekijken = betrachten onderzoeken = erforschen het onderzoek = die Studie de proef = der Versuch de formule = die Formel het mengsel = die Mischung de vooruitgang = der Fortschritt het apparaat = das Gerät het resultaat = das Ergebnis de kennis = die Kenntnisse de moeilijkheid = die Schwierigkeit het stopcontact = die Steckdose de band = der Reifen de vierkante meter = die Quadratmeter de kunstenaar = der Künstler het schilderij = das Gemälde het toneel (spel) = das Theater het toneel (plaats) = die Bühne de coulisse = die Kulisse de hoofdrolspeler = der Hauptdarsteller de toneelspeler = der Schauspieler het masker = die Maske de muzikant = der Musiker de opera = die Oper het orkest = das Orchester het volkslied = die Nationalhymne de schrijver = der Schriftsteller de vertaler = die Übersetzer het sprookje = das Märchen de zee = das Meer de vijver = der Teich de mist = der Nebel het onweer = das Gewitter helder = heiter de heg = die Hecke het keurmerk = das Siegel de natuurbescherming = der Naturschutz het milieu = die Umwelt milieuvriendelijk = umweltfreundlich de ozonlaag = die Ozonschicht het vuilnis = der Müll behouden = erhalten onuitputtelijk = unerschöpflich de vervuiling = die Verschmutzung het feit = die Tatsache de omstandigheid = der Umstand het kenmerk = das Merkmal de basis = die Grundlage uitstekend = ausgezeichnet zonder uitzondering = ausnahmslos voortreffelijk = hervorragend ontzettend = ungeheuer ernstig = gravierend gepast = gebührend aanzienlijk = beträchtlich gemiddeld = durchschnittlich difinitief = endgültig schattig = entzückend lelijk = hässlich de solliciatie = die Bewerbung de arbeidsplaats = der Arbeitsplatz werkend = berufstätig succesvol = erfolgreich ontslag nemen = kündigen ontslaan = entlassen de metselaar = der Maurer de slager = der Metzger de werknemer in de bauw = der Bauarbeiter de automonteur = der Automechaniker de vertegenwoordiger = der Vertreter de gepensioneerde = der Rentner de vakbond = die Gewerkschaft staken = streiken de vergadering = die Versammlung de advocaat = der Rechtsanwalt verbieden = untersagen ontvreemden = entwenden lastigvallen = belästigen afpersen = erpressen de omkoopbaarheid = die Bestechlichkeit de smokkelaar = der Schmuggler betrappen = ertappen aangifte doen = anzeigen de bekentenis = das Geständnis het voorarrest = die U-Haft de gevangenis = der Knast pleiten = plädieren de schadevergoeding = der Schadensatz vrijgelaten = entlassen het identiteitsbewijs = der Ausweis de verkiezing = die Wahl de bondkanselier = der Bundeskanzler de minister van Binnenlandse zaken = der Innenminister de ambassade = die Botschaft het leger = die Armee de dienstplicht = die Wehrpflicht de bewapening = die Rüstung de paus = der Papst de pastoor = der Pfarrer pasen = Ostern de moslim = der Muslim de monnik = der Mönch de voormalige DDR = die ehemalige DDR de (ommekeer na de) val van de muur = die Wende vermelden = erwähnen benadrukken = betonen beweren = behaupten motiveren = begründen zich verbazen = staunen ontkennen = leugnen bevestigen = bestätigen de aanleiding = der Anlass de voorwaarde = die Voraussetzung de opzet = die Absicht de zin = die Zweck blijken = sich herausstellen de beschouwing = die Betrachtung de behoefte = das Bedürfnis afspreken = vereinbaren dus = also nauwelijks = kaum tamelijk = ziemlich op een of andere manier = irgendwie volstrekt niet = keinesfalls echter = jedoch helemaal niet = gar nicht zelfs = sogar weliswaar = zwar desondanks = trotzdem bovendien = außerdem juist = eben net = gerade ongeveer = etwa ten slot = schließlich
Ingezonden op 14-11-2016 - 528x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!