Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
mijn oefeningen die nergens passen of fout zijn.
› 3 economie: begrippen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
mijn oefeningen die nergens passen of fout zijn.
3 economie: begrippen
Jaar 4
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
actieven = Werkzame personen van 15 jaar en ouder. agent = De uitvoerder van de opdrachten. asymmetrische informatie = De ene partij beschikt over meer informatie dan de andere partij. averechtse selectie = Houdt in dat de mensen met een hoog risico (de slechte risico’s) zich wel verzekeren en de mensen met een laag risico (de goede risico’s) niet. bonus-malusregeling = Mensen die geen of weinig schade veroorzaken krijgen een korting (bonus) op de premie en mensen die veel schade veroorzaken moeten extra premie (malus) betalen. collectieve dwang = Druk die wordt uitgeoefend om te zorgen dat iedereen zich aan een regel houdt. Dit kan door vastgelegde regels (wetten) die met sancties (strafmaatregelen) worden gehandhaafd, maar ook met ongeschreven regels, sociale normen. Bijvoorbeeld een verplichte verzekering. contract = Afspraak waaraan beide partijen die een overeenkomst sluiten zich moeten houden. eigen risico = Het bedrag dat je als verzekerde zelf moet betalen bij schade. inactieven = Alle mensen met een uitkering, in aantal omgerekend naar volledige uitkeringen. i/a-ratio = Verhouding tussen inactieven (mensen met een uitkering) en actieven (werkenden). moreel wangedrag/moral hazard = Het gevaar dat mensen of instellingen zich roekeloos en onverantwoord gaan gedragen, als ze zelf niet opdraaien voor de kosten. premiedifferentiatie = Verschillen in premie tussen verzekerden. De slechte risico’s betalen meer premie dan de goede risico’s. principaal = De opdrachtgever. risico-aversie = Een hekel hebben aan risico, als gevolg van onverwachte nadelige gebeurtenissen. sociale verzekeringen = Door de overheid verplichte verzekering tegen inkomensverlies door werkloosheid, overlijden, ouderdom en ziekte, en tegen hoge kosten door ziekte en kinderen. De overheid gaat over de hoogte van de premie en over de verzekeringsvoorwaarden. solidariteit = Saamhorigheid of gemeenschapszin. Je bent solidair als je het belang van de groep boven het (financieel) eigenbelang stelt. transactiekosten = Alle kosten die worden gemaakt om de ruil tot stand te brengen en af te wikkelen. verzorgingsstaat = Een samenleving waar de overheid iedereen een aanvaardbaar bestaansminimum garandeert. volledig contract = Alle onvoorziene gebeurtenissen zijn opgenomen in het contract. volksverzekering = verzekering betaald door de sociale premies (AOW, AKW, WLZ, ANW) werknemersverzekering = verzekering betaald door de werknemers verzekering premie (WW, WIA, ZW)
Ingezonden op 21-11-2016 - 1152x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!