Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Italiaans 2
› 2 Vocabolario 2 week 2 8.1 en 8.2
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Italiaans 2
2 Vocabolario 2 week 2 8.1 en 8.2
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Italiaans/Nederlands Vocabolario 2 week 2 8.1 en 8.2: l'educazione = de opvoeding, de scholing la scuola = de school scolastico, a = school-, van de school la (pubblica) istruzione = het (openbaar) onderwijs l'asilo nido = de crèche, het kinderdagverblijf l'asilo (infantile) = de peuterspeelzaal en groep 1 en 2 (3-5 jaar) (1) la scuola materna = de peuterspeelzaal en groep 1 en 2 (3-5 jaar) (2) la scuola elementare = groep 3 tot 7 van de basisschool (6-11 jaar) la scuola media = groep 8 en de onderbouw van de middelbare school (11-14 jaar) la scuola superiore = de bovenbouw van de middelbare school (15-18 jaar) il liceo = het vwo il liceo classico = het gymnasium il liceo scientifico = het atheneum (met nadruk op de bètavakken) prevedere = rekening houden met, incalculeren il liceo artistico = het voortgezet onderwijs gericht op kunstzinnige vorming il liceo linguistico = het voortgezet onderwijs gericht op moderne talen la classe = de klas la lezione = de les imparare = leren l'assenza = de afwezigheid, de absentie recuperare = inhalen (van lessen), ophalen (van cijfers) il recupero = de herkansing le vacanze (pl) = de vakantie l'insegnamento = het onderwijs insegnare (qc a qu) = iets aan iemand leren, iemand iets onderwijzen l'insegnante (m/f) = de docent(e), de leraar, de lerares il maestro, la maestra = de onderwijzer(es), de leerkracht il collegio = de kostschool, het internaat il, la preside = de rector dirigere = leiden il direttore, la direttrice = de directeur, het hoofd cooperare = meewerken, samenwerken autoritario, a = autoritair severo, a = streng la severità = de strengheid il professore, la professoressa = de leraar, de lerares, de docent(e), de professor, de hoogleraar l'esame di maturità (m) = het eindexamen l'esame di stato (m) = het staatsexamen il diploma = het diploma, het getuigschrift il diplomato, la diplomata = de gediplomeerde la licenza = het schooldiploma il titolo di studio = de titel, het diploma l'alunno, l'alunna = de leerling(e), de scholier l'allievo, l'allieva = de leerling(e) il compagno, la compagna = de klasgenoot, de klasgenote, de schoolvriend(in) frequentare = bezoeken, zitten op/in l'aula = het (klas)lokaal, de (college)zaal lo scolaro, la scolara = de leerling(e), de scholier il banco (di scuola) = de (school)bank la cattedra = de lessenaar l'attenzione (f) = de aandacht concentrarsi = zich concentreren attento, a = oplettend il silenzio = de stilte silenzioso, a = stil, rustig zitto, a = zwijgend, stil ascoltare qu/qc = naar iemand/iets luisteren sgridare qu = iemand een uitbrander geven insufficiente = onvoldoende sufficiente = voldoende sbagliare = verkeerd doen, fout doen la pagella = het rapport, de cijferlijst il voto = het cijfer, de beoordeling bocciare qu = iemand laten zakken promuovere qu = iemand laten overgaan lodare = prijzen, loven rendere = presteren il rendimento = de prestaties la materia = het vak, de discipline l'esempio = het voorbeeld l'esercizio = de oefening imparare a memoria = uit het hoofd leren la memoria = het geheugen la spiegazione = de uitleg, de verklaring la regola = de regel la formula = de formule il metodo = de (leer)methode, de aanpak spiegare = uitleggen, uiteenzetten sapere = weten, kennen, kunnen i compiti (pl) = het huiswerk esatto, a = juist, correct, precies l'errore (m) = de fout, de vergissing lo sbaglio = de vergissing, de fout stupido, a = dom cancellare = doorstrepen, uitwissen la frase = de zin copiare = overschrijven, afkijken suggerire a qu (suggerisco) = iemand voorzeggen il suggerimento = het voorzeggen, de suggestie, het voorstel correggere = corrigeren, verbeteren corretto, a = juist, correct la correzione = de correctie, de verbetering il correttore, la correttrice = de corrector, de correctrice leggere = lezen il libro = het boek scrivere = schrijven il tema = het opstel la relazione = het verslag, de spreekbeurt riassumere = samenvatten il dettato = het dictee dettare = dicteren, voorschrijven la scrittura = het handschrift il quaderno = het schrift, het opschrijfboekje la penna (stilografica) = de pen la matita = het potlood la biro (inv) = de balpen il bloc notes (inv) = de blocnote la lavagna = het schoolbord il gesso = het krijt la spugna = de spons la lingua straniera = de vreemde taal il tedesco = het Duits l'inglese (m) = het Engels il francese = het Frans lo spagnolo = het Spaans l'italiano = het Italiaans il dizionario = het woordenboek (1) il vocabolario = het woordenboek (2) il lemma = het lemma, het trefwoord l'enciclopedia = de encyclopedia tradurre = vertalen la grammatica = de grammatica l'ortografia = de spelling, de orthografie l'analfabeta (m/f) = de analfabeet, de ongeletterde l'analfabetismo = het analfabetisme, de ongeletterdheid l'alfabeto = het alfabet la geografia = aardrijikskunde la storia = geschiedenis la biologia = biologie la fisica = natuurkunde la chimica = scheikunde l'arte (f) = kuntzinnige vorming la musica = muziek la religione = godsdienst lo sport = sport la matematica = wiskunde l'equazione (f) = de vergelijking l'incognita = de onbekende l'esponente (m) = de exponent la radice = de wortel il compasso = de passer contare = tellen calcolare = rekenen sommare = optellen (1) sottrarre = aftrekken moltiplicare = vermenigvuldigen dividere = delen il calcolo = de berekening, de rekensom l'aritmetica = de rekenkunde l'addizione (f) = het optellen, de optelling addizionare = optellen (2) la sottrazione = het aftrekken, de aftrekking la moltiplicazione = de vermenigvuldiging la divisione = de deling
Ingezonden op 23-11-2016 - 989x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
10-12-2016
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!