Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
D'accord!!!!
› 3 woordjes + zinnen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
D'accord!!!!
3 woordjes + zinnen
Jaar 3 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
le parcours = het traject, de route au temps de = ten tijde van la tribu = de stam chacun = een ieder le fer = het ijzer la cloche = de klok par coeur = uit je hoofd l'impression v =de indruk n'importe où / quand = waar / wanner dan ook tellen = compter hoe duur zijn de kaartjes? = les tickets coûtent combien? er zijn kaartjes vanaf 25 = il y a des billets à partir 25 waar is het loket? = où est le guichet? waar moet je de kaartjes kopen? = où faut-il acheter les tickets? het is voordeliger om metrokaartjes per 10 stuks te kopen = c'est plus économique d'acheter un carnet de 10 zijn er kaartjes met korting? = il y a des billets avec reduction? het abbonement (de pas) is twee maanden geldig = le forfait est valable pendant deux moins hebt u een plattegrond van de metro? = vous avez un plan du métro? het is vlak bij de uitgang = c'est près de la sortie het loket is daarginds = le guichet est là-bas waar is dat? het is in Parijs = c'est où ? C'est à Paris het hotel ligt in het 15e arrondisement = l'hôtel est situé dans le 15e arrondisement het is tegenover de winkel = c'est en face du magasin is het links of rechts? Het is rechtdoor = c'est à gauche ou à droite? c'est tout droit ikga met de auto / met de bus / met de fiets / met de motor = je vais en voiture / en bus / en vélo / en moto ik vertrek met het vliegtuig / met de boot / met de trein = je pars en avion / en beteau / en train ik neem de bus / ik ga lopend = je prends le bus / je vais à pied je kunt ook met de bus gaan = tu peux aussi prendre le bus en dan neemt u lijn 6 = et puis, vous prenez la ligne 6 we moeten overstappen bij Châtelet = il faut changer à Châtelet je stapt uit bij station Odéon = tu descends à la station Odéon hij / zij kleedt zich goed = il / elle s'habille bien hij / zij heeft een goede/slechte smaak = il / elle a bon/mauvais goût het is in de mode / uit de mode = c'est à la mode / démodé volgens de laatste mode = un style tendance dat staat je / u goed = ça te /vous va bien ik moet nieuwe kleren kopen = je dois acheter de nouveau vêtements ik heb niets meer om aan te trekken = je n'ai plus rien à me mettre we gaan winkelen = on va faire du shopping deze kleren zijn in de uitverkoop = ces vêtements sont en soldes kan ik deze spijkerbroek passen? = je peux essayer ce jean? ik heb / draag maat 38 (kleding)/ 42 (schoenen) = je fais / porte du 38 / je chausse du 42 ik heb een broek maat 31 nodig = il me faur un pantalon taille 31 ik lijk dik / dun in die jurk = j'ai l'air gros / mince dans cette robe ik heb blauwe / bruine / grijze ogen = j'ai les yeux bleus / bruns / gris ik heb (donker)blond / bruin / zwart / rossig haar = j'ai les cheveux blonds (blond foncé) / bruns / noirs / roux hij heeft krullend haar = il a cheveux bouclés het licht = la lumière verdelen = diviser de smaak = le goût ongeveer = environ slenteren = flâner bewonderen = admirer het platteland = la campagne een plek = un endroit saviez-vous que? (savoir) = wist u dat? la piste cyclable = het fietspad emprunter = lenen plein de = heel veel un point de renderz-vous = een ontmoetinsplaats le moyen de transport = een vervoermiddel propre = eigen en général = in het algemeen souterrain = ondergronds le couloir = de gang un pickpocket = een zakkenroller avertir = waarschuwen télécharger = downloaden disponible = beschikbaar un point d'intérêt = een interessante locatie quelques = enkele malin = slim gagner de temps = tijd winnen inclus = inbegrepen un accès illimité = een onbeperkte toegang ne ... que = slechts, alleen maar valable = geldig une commande = een bestelling proche = dichtbij au pied de = aan de voet van la richesse = de rijkdom un mode d'emploi = een gebruiksaanwijzing un écran = een scherm introduire = invoeren saai, vervelend = ennuyeux dat hangt ervan af = ça dépend een wandeling, een tochtje = une balade aangeven, noemen = indiquer de trap = l'escalier m een route = un itinéraire goedkoop, voor een lage prijs = à petit prix het wiel = la roue de sprong = le saut de toekomst = l'avenir m de kermis = la fête foraine de rivier = le fleuve glijden = glisser de receptie = l'accueil m in de openlucht = en plein air de hele wereld = le monde entier de vermenging = la fusion zij zijn aangekomen = ils viennent d'arriver minder duur = moins cher de metro- ingang = la bouche / l'entrée de métro het bord / de borden = le panneau / les panneaux ergens = quelque part een roltrap = un escalier roulant (binnen)in = à l'intérieur roulant het loket = le guichet voordelig = économique de uitverkoop = les solders v mv jaarlijks = annuel een sjaal = une écharpe de handschoenen = les gants beschermen tegen = protéger de uitverkopen = solder modieus = tendance, à la mode de laarsjes = les bottines v mv strak = serré de damesafdeling = le rayon femmes passen = essayer ik zie er dik uit / ik lijk dik = j'ai l'air gros
Ingezonden op 11-12-2016 - 1235x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
22-01-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!