Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
FransHet4eParijs
› 10 Het is / Hoofdstuk 11 Ik tel, meet, weg
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
FransHet4eParijs
10 Het is / Hoofdstuk 11 Ik tel, meet, weg
Jaar 4 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Hoe laat is het? = Quelle heure est-il? Het is ... uur = Il est ... heure(s) Het is 12 uur 's middags = Il est midi Het is 12 uur 's avonds = Il est minuit Het is half 7 = Il est six heures et demie Het is kwart over 8 = Il est huit heures et quart Het is kwart voor 4 = Il est quatre heures moins le quart Hij vertrekt over een uur = Il partira dans une heure Hij is 5 minuten geleden vertrokken = Il est parti il y a 5 minutes Wat voor weer is het? = Quel temps fait-il? De weerberichten = La météo Het is mooi weer = Il fait beau Het was slecht weer = Il faisait mauvais Het is koud geweest = Il a fait froid Het zal warm zijn = Il fera chaud De zon schijnt in de zomer = Il y a du soleil en été Er is veel wind = Il y a beaucoup de vent In de herfst regent het vaak = En automne il pleut souvent Het sneeuwt in de winter = Il neige en hiver In de lente is het zacht = Au printemps il fait doux tot = jusqu'a om twee uur = à deux heures de ochtend = le matin de avond (1/2) = la soirée, le soir middag = après-midi de week = la semaine februari = février augustus = août decemer = décembre het jaar (1/2)=l'année, l'an de eeuw = le siècle maart = mars januari = janvier het vriest = il gèle de zon schijnt = le soleil brille de wolken (?) = les nuages (m) ijzel = verglas de lente = le printemps Heeft u een stuk kaas? = Vous avez un morceau de fromage? Ik wil graag 5 plakken ham = Je voudrais 5 tranches de jambon een muntstuk van 5 cent = un pièce de 5 centimes wegen = peser 1 pond = une livre een plakje = une tranche het kleingeld = la monnaie
Ingezonden op 19-12-2016 - 993x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!