Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Gemma
› 0 Duits - Lektion 1-5
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Gemma
0 Duits - Lektion 1-5
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
1 Abschied nehmen, sich verabschieden = afscheid nemen der Abschied = het afscheid die Aufmerksamkeit = de aandacht; de oplettendheid aufmerksam = aandachtig; oplettend sich bemühen = zijn best doen; zich inspannen die Bemühung = de moeite; de inspanning einen Bock auf etwas heben = ergens zin in hebben null Bock = geen zin die Eifersucht = de jaloezie; de afgunst eifersüchtig = jaloers; afgunstig sich freuen = blij zijn; zich verheugen die Freude = het plezier de blijdschap das Gewissen = het geweten gewissenhaft = nauwgezet; stipt gleich = dadelijk; meteen; even sogleich, sofort = dadelijk; onmiddellijk hoffen = hopen die Hoffnung = de hoop hoffnungslos = hopeloos klug = wijs; verstandig die Laune = het humeur gut gelaunt = goed gehumeurd das Mitleid = het medelijden nächst = volgend; aanstaand nächstens = binnenkort; spoedig neuerdings = sinds kort die Neugier = de nieuwsgierigheid neugierig = nieuwsgierig sauer = zuur; boos sichern = beveiligen sicher = veilig; zeker staunen = zich verbazen; verbaasd staan erstaunlich = verbazingwekkend erstaunt = verbaasd üblich = gewoon gebruikelijk verbringen = doorbrengen wachsen = groeien der Erwachsene = de volwassene zeigen = tonen, laten zien sich zeigen = blijken der Zettel = het briefje; het stukje papier 2 der Ärger = de boosheid; de ergernis ärgerlich = boos der Ausweis = het legitimatiebewijs; de pas sich ausweisen = zich legitimeren im Begriff sein = op het punt staan die Behörde = het bestuur; de overheid bloß = bloot; enkel en alleen durchaus = volstrekt; absoluut duzen = jij en je zeggen ehe, bevor = voordat; alvorens einladen = uitnodigen die Einladung = de uitnodiging empört = verontwaardigd erlauben = goedvinden; veroorloven die Erlaubnis = de toestemming; het verlof erziehen = opvoeden die Erziehung = de opvoeding fast, beinahe = bijna der Geizhals = de gierigaard; de vrek geizig = gierig ehrgeizig = eerzuchtig die Gesellschaft = het gezelschap; de maatschappij längst = al lang ledig = ongetrouwd die Menge = de hoeveelheid; heleboel die Unmenge = de enorme hoeveelheid nachahmen = nadoen; imiteren neidisch = jaloers; afgunstig sich prügeln, sich raufen = vechten seufzen = zuchten die Tätigkeit = de bezigheid tätig sein = bezig zijn verschwenden = verspillen; verkwisten züchten = kweken; fokken 3 abermals = opnieuw, weer außer = behalve außerdem = bovendien außerordentlich = buitengewoon beachten = letten op; in acht nemen belebt = druk; levendig diesseits = aan deze kant jenseits = aan de andere kant das Dutzend = het dozijn dutzendweise = bij dozijnen; tientallen empfehlen = aanbevelen die Empfehlung = de aanbeveling sich entscheiden = beslissen die Entscheidung = de beslissing etwa = ongeveer; soms; misschien fachmännisch = deskundig häufig, oft, öfters = vaak hiesig = alhier; hier ter plaatse dortig = aldaar nach und nach = langzamerhand nachher = later; daana; straks neulich = onlangs reichen, genügen = voldoende zijn sonst = anders ansonsten = verder; voor het overige ständig = voortdurend streiken = staken der Streik = de staking tüchtig = flink; bekwaam umsonst = gratis; voor niets; tevergeefs vertreten = vervangen; vertegenwoordigen der Vertreter = de vertegenwoordiger; de vervanger wechselweise = om de beurt die Werbung = de reclame zunächst = eerst; aanvankelijk zusätzlich = extra 4 allerdings, freilich, zwar = weliswaar; zeker bequem = gemakkelijk; geriefelijk beträchtlicht = aanzienlijk; groot brauchen = nodig hebben; behoeven damals = destijds; toen dürfen = mogen im Freien = buiten; in de open lucht das Heim = het tehuis; thuis die Heimat = het vaderland irgendwie = op een een of andere manier irgendwo = ergens irren = dwalen sich irren = zich vergissen der Irrtum = de vergissing irrtümlicherweise = bij vergissing kaum = nauwelijks preiswert = goedkoop; het geld waard billig = goedkoop schmücken = versieren der Schmuck = de sieraden statt = in plaat van stattfinden = plaatsvinden tatsächlich = inderdaad die Trümmer = de puinhoop überhaupt = over ‘t algemeen überhaupt nicht = helemaal niet umziehen = verhuizen der Umzug = de verhuizing ungeheuer = kolossaal; enorm unheimlich = griezelig; heel veel untersagen = verbieden versehen mit = voorzien van weder … noch … = noch … noch … weit = ver; wijd weitgehend = in hoge mate 5 ausreichen = voldoende zijn ausreichend = voldoende die ausnahme = de uitzondering ausnahmsweise = bij wijze van uitzondering die Bedeutung = de betekenis bedeuten = betekenen sich beeilen = zich haasten; opschieten die Eile = de haast; de spoed sich benehmen = zich gedragen das Benehmen = het gedrag der Bereich = het gebied; de plaats; het terrein einordnen = voorsorteren entwerten = afstempelen; ongeldig maken gerade = juist; net; bepaald geradeaus = rechtdoor gültig = geldig herstellen = vervaardigen; maken das Loch = het gat der Mangel = het gebrek; de tekortkoming mangeln = ontbreken planen = plannen maken; plannen der Fahrplan = de dienstregeling; het spoorboekje planmäßig = volgens plan die Reise = de reis verreisen = op reis gaan Rücksicht nehmen auf = rekening houden met rücksichtslos = niets ontziend; onverantwoord der Rückweg = de terugweg rückwärts = achteruit; terug der Sachschaden = de materiële schade schimpfen = schelden; mopperen überholen = inhalen; voorbijgaan das Versehen = de vergissing während = tijdens; gedurende zuverlässig = betrouwbaar
Ingezonden op 31-12-2016 - 1236x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!