Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
NL schooltaalwoorden voor G2d :]
› 3 Duits Hfdstk 3
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
NL schooltaalwoorden voor G2d :]
, deel 1
3 Duits Hfdstk 3
Jaar 3 (Atheneum)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
die Ecke= de hoek das Frühstück= het ontbijt klappen= lukken das Mitglied= het lid die Nahrung= het voedsel der Schlüssel= de sleutel das Schwein= het varken sich entscheiden= beslissen die Tüte= het zakje der Wald= het bos der Buchstabe= de letter die entfernung= de afstand erlauben= toestaan der Kunde= de klant mieten= huren spazieren= wandelen während= tijdens die Währung= de valuta das Ziel= het doel zubereiten= bereiden de maandag= der Montag de dinsdag= der Dienstag de woensdag= der Mittwoch de donderdag= der Donnerstag de vrijdag= der Freitag de zaterdag= der Samstag de zondag= der Sonntag in het weekend= am Wochenende de feestdag= der Feiertag de werkdag= der Arbeitstag 's morgens= am Morgen 's avonds= am Abend vanmiddag= heute Nachmittag het einde van een werkdag= der Feierabend allerdings= echter die Fussgängerzone= het voetgangersgebied das Gehirn= de hersenen die Leistung= de prestatie die Nachricht= het bericht das Nahrungsmittel= het voedingsmiddel sich ernähren= eten übersetzen= vertalen umweltbewusst= milieubewust unterstützen= steunen Aussergewöhnlich= buitengewoon bevor= voordat geradeaus= rechtdoor das Geschäft= de winkel die Gesellschaft= de maatschappij die Innenstadt= de binnenstad der Kreis= de cirkel die Leute= de mensen stattfinden= plaatsvinden zum beispiel= bijvoorbeeld de lente= der Frühling de zomer= der Sommer de herfst= der Herbst de winter= der Winter het noorden= der Norden het zuiden= der Süden het oosten= der Osten het westen= der Westen het centrum= das Zentrum afslaan= abbiegen de kruising= die Kreuzung het stoplicht= die Ampel in de buurt van= in der Nähe von oversteken= überqueren rechtdoor= geradeaus
Ingezonden op 12-01-2017 - 1401x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!