Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Stepping Stones, SGA4
› 3 Vocabulary
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Stepping Stones, SGA4
3 Vocabulary
Jaar 4 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
a. ample = overvloeding to argue = stellen; aanvoeren bright = fel; helder to broadcast = uitzenden to compete = concurreren conspiracy = complot to debate = discussiƫren despite; in spite of = ondanks disillusionment = desillusie humiliation = vernedering intricate = ingewikkeld to lack = missen to out = laten uitlekken to pore over = bestuderen promulgation = verbreiding props = rekwisieten to pull off = klaarspelen stray = verdwaald taut = strakgespannen twilight = schemerig to abound = in overvloed voorkomen anomaly = afwijking appearance =verschijning bogus = vals, onecht to direct = leiden forthcoming = beschikbaar however = echter to infringe on = schenden to insert = invoegen intentionally; deliberately = met opzet; opzettelijk limelight = voetlicht located = gelegen mundane = alledaags phantoms = spoken property = onroerend goed quirky = grillig to spot = opmerken to supply = leveren thriving = bloeiend b. barely = nauwelijks conjecture = vermoeden to doubt = twijfelen to educate = onderwijzen furthermore = bovendien to get down to brass tacks = spijkers met koppen slaan hornet's nest = wespennest illiterate = analfabeet to indicate = duiden op indignation = verantwoording to indulge in = zich overgeven aan lad = jongen; knaap novelist = romanschrijver prejudice = vooroordeel sensible = zinnig topic = onderwerp unacceptable = onaanvaardbaar veritable = waar; echt vocubulary = woordenschat will = testament to abduct = ontvoeren access = toegang alliance = verbond approximately = ongeveer assault = aanval to assume = aannemen avenge = wreken to besiege = belegeren to consider = in aanmerking nemen to correspond = overeenkomen to emerge = tevoorschijn komen evidence = bewijs magnitude = grote omvang main = voornaamste; hoofd- merely = slechts orally = mondeling playwright = toneelschrijver to provide = verschaffen sacred = heilig c. to check = controleren to deal with = zich bezighouden met to defend = verdedigen environmental = aangaande het milieu equal = gelijk impression = indruk to improve = verbeteren independent = onafhankelijk to mention = noemen to plunge = zich storten op remnant = overblijfsel to scatter = zich verspreiden solution = oplossing d. baffled = verbijsterd bemused = in verwarring border town = grensstad bustling = druk bystander = toeschouwer coincidence = toeval getaway car = vluchtauto to grab = pakken; nemen harbour; port = haven obvious = duidelijk (zichtbaar) rumble = gerommel to sag = verzakken sheer = puur stupefied = stomverbaasd to witness = getuige zijn van e. alleged = vermeend to arouse = opwekken aviator = piloot; vliegenier bid = poging to circumnavigate = varen om enduring = blijvend enigmatic =raadselachtig equator = evenaar era = tijdperk inconclusive = niet afdoend riddle = raadsel to summon = oproepen surveyor = landmeter suspicion = vermoeden whereabouts = verblijfplaats
Ingezonden op 28-01-2017 - 763x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
31-01-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!