Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Grandes Lignes 4 vwo
› 0 Signaalwoorden in het Frans + verband
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Grandes Lignes 4 vwo
, deel 1
0 Signaalwoorden in het Frans + verband
Jaar 4 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
ainsi que = net als (uitbreiding) {Let op: ainsi alleen = voorbeeld} aussi = ook (uitbreiding) d'abord = eerst (uitbreiding) d'ailleurs = 'en dan nog iets' (uitbreiding) d'autant plus que = des te meer omdat (uitbreiding) d'une part ... d'autre part = enerzijds, anderzijds (uitbreiding) de même = op dezelfde manier (uitbreiding) également = ook, eveneens (uitbreiding) en outre = bovendien (uitbreiding) en plus / de plus = bovendien (uitbreiding) enfin = ten slotte (uitbreiding) même = zelfs (uitbreiding) Même Pierre dit ... = Zelfs Piet zegt ... (uitbreiding) sinon = overigens (uitbreiding) bref = kortom (conclusie) donc = dus (conclusie) en clair = kortom (conclusie) en effet = inderdaad (conclusie) en résumé = samengevat (conclusie) en somme = kortom, samengevat (conclusie) finalement = tenslotte (conclusie) alors = dus (conclusie) {Let op: 'alors' heeft veel verschillende betekenissen, in de meeste gevallen betekent het:} voilà pourqoui = dat is omdat... (conclusie) ainsi*= zo, op die manier (gevolg) {Let op: ainsi kan ook een voorbeeld zijn} il en résulte que = daaruit volgt dat (gevolg) le résultat = het resultaat (gevolg) par conséquent = als gevolg (gevolg) afin de = opdat (doel) le but = het doel (doel) l'objectif = het doel (doel) pour que = opdat (doel) sans que = zonder dat (doel) c'est pour cela que = het is daarom dat ... (reden) c'est pourqoui = het is daarom (reden) c'est que = dat is omdat ... (reden) car = want (reden) parce que = omdat (reden) puisque = aangezien (reden) avant tout = voornamelijk (reden) surtout = vooral (reden) {als wordt gevraagd naar 'belangrijkste reden'} tel que = omdat (reden) à condition que = op voorwaarde dat (voorwaarde) grace à = dankzij (voorwaarde) malgré = ondanks (voorwaarde) sinon = zo niet (voorwaarde) quand = wanneer (voorwaarde) à l'époque = destijds (verandering in tijd) à l'origine = oorspronkelijk (verandering in tijd) à partir de = vanaf (verandering in tijd) aujourd'hui = vandaag de dag (verandering in tijd) auparavant = vooraf, vantevoren (verandering in tijd) autrefois = vroeger (verandering in tijd) avant = voorheen (verandering in tijd) d'abord = eerst (verandering in tijd) depuis = sinds (verandering in tijd) Je vis à Paris depuis dix ans = Ik woon al tien jaar in Parijs (verandering in tijd) dès que = zodra (verandering in tijd) désormais = voortaan (verandering in tijd) ensuite = vervolgens (verandering in tijd) et puis = en toen (verandering in tijd) hier = gisteren (verandering in tijd) jusqu'à ce que = totdat (verandering in tijd) lorsque = toen, zodra (verandering in tijd) maintenant = nu (verandering in tijd) pendant = tijdens (verandering in tijd) puis = toen (verandering in tijd) tandis que = sinds, terwijl (verandering in tijd) toujours = altijd, nog steeds (verandering in tijd) tout à coup = plotseling (verandering in tijd) tout de suite = meteen (verandering in tijd) à l'inverse = omgekeerd (tegenstelling) alors que = terwijl (tegenstelling) au contraire = daarentegen (tegenstelling) bien que = hoewel (tegenstelling) bien sûr = uiteraard {toegeving} (tegenstelling) cependant = desalniettemin (tegenstelling) certes = zeker, je hebt een punt als je zegt ... (tegenstelling) contrairement = in tegenstelling tot (tegenstelling) en contrepartie = integendeel (tegenstelling) en revanche = daarentegen (tegenstelling) mais = maar (tegenstelling) malgré = ondanks (tegenstelling) malgré tout = toch (tegenstelling) même si = zelfs als (tegenstelling) néanmoins = desalniettemin (tegenstelling) or = welnu (tegenstelling) {als in: dat is dus niet zo} par contre = daarentegen (tegenstelling) le paradoxe = de tegenstelling (tegenstelling) par ailleurs = toch (tegenstelling) quand même = toch (tegenstelling) reste que = blijft het feit dat (tegenstelling) toutefois = toch (tegenstelling) tout en = terwijl (tegenstelling) {ze spelen goed voetbal, terwijl ze het nooit hebben gedaan.} ainsi* = zo (voorbeeld) {zo kun je bijvoorbeeld... comme = zoals (voorbeeld) par example = bijvoorbeeld (voorbeeld)
Ingezonden op 01-03-2017 - 1199x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
08-03-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Signaalwoorden in het Frans.
Vermeld in je antwoord ook het verband dat dit woord legt in de zin.
*Hetgeen wat tussen haakjes staat geeft het verband aan*
Let op: er zijn 9 soorten verbanden; uitbreiding, conclusie, gevolg, doel, reden, voorwaarde, verandering in tijd, tegenstelling en voorbeeld
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!