Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Faye
› 310 Vocabulaire
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Faye
, deel 0
310 Vocabulaire
Jaar 5 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
en tête-à-tête = onder vier ogen le texto = sms'je tirer = schieten s'en tirer = zich (eruit) redden la toile = (spinnen)web, doek, linnen, stof la Toile = internetweb tolérer = verdragen tomber = vallen la torture = marteling toucher = aanraken tourner = draaien/opnemen (van een film) la tournure = wending tout les jours = elke dag tout entier = in zijn geheel tout le monde = iedereen la trace = spoor traiter = behandelen traverser = oversteken le trésor = schat, zeer waardevol bezit le tribunal = rechtbank se tromper = zich vergissen le troupeau = kudde le truc = ding (waarvan men de naam niet weet) tuer = doden le tueur = moordenaar, doder la tumeur = gezwel l'univers = wereld urbain = stad, stedelijk l'usage = gebruik l'usine = fabriek la vache = koe le vagabond = zwerver la vague = golf en vain = tevergeefs vaincre = overwinnen la valise = koffer le veau = kalf vécu(e) = meegemaakt, beleefd la veille = vorige dag le vélomoteur = bromfiets vendre = verkopen la vente = verkoop véritable = echt vers = naar, rond verser = schenken la victime = slachtoffer vigueur, entrer = in werking treden la ville = stad la violence = geweld le visage = gezicht rendre visite à = bezoeken la vitesse = snelheid le voile = sluier, hoofddoek la voile = zeil la voisine = buurvrouw le vol = diefstal, vlucht le volant = schuur voler = vliegen, stelen le volontaire = vrijwilliger vrai(ment) = echt, werkelijk peu vraisemblable = niet erg waarschijnlijk le wagon = rijtuig les yeux = ogen le zèle = ijver, vlijt avoir le moral à zéro = in de put zitten le zip = rits la tête = hoofd le tiers-monde = derde wereld terminer = beëindigen, afmaken tenter sa chance = zijn kans wagen le sujet = onderwerp sauvage = wild serrer = klemmen, drukken, opbergen sinistre= rampzalig le salaud = schoft sage = wijs, verstandig, braaf le sac= tas sauter = springen tenter = proberen, pogen se souvenir = zich herinneren
Ingezonden op 10-03-2017 - 1086x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!