Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
IntertaalDuits
› 26 Media
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
IntertaalDuits
26 Media
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
die Zeitung = krant die Zeitschrift = tijdschrift abonnieren = zich abonneren der Kiosk = kiosk der Artikel = artikel der Leser / die Leserin = lezer(es) der Journalist / die Journalistin = journalist(e) veröffentlichen = publiceren das Buch = boek das Wörterbuch = woordenboek nachsehen / sieht nach / sah nach / nachgesehen = nakijken die Buchhandlung = boekhandel die Medien = media die presse = pers die Regenbogenpresse = sensatie- , boulevardpers infromieren = informeren die Illustrierte = geillustreerd tijdschrift die Reklame = reclame die Veröffentlichung = publicatie das Urheberrecht = copyright das Lexikon = encyclopedie das Taschenbuch = pocket der Verlag = uitgeverij der Redakteur / die Redakteuring = redacteur / redactrice der Reporter / die Reporterin = verslaggever / verslaggeefster erscheinen / erschien/ erschienen = verrschijnen drucken = drukken jeweils = telkens das Exemplar = exemplaar der Fernseher = televisie verkabelt = aangesloten op het kabelnet das Fernsehen = televisie fernsehen / sieht fern / sah fern / ferngesehen = televisiekijken der Zuschauer / die Zuschauerin = kijker / kijkster das Fernsehprogramm = televisieprogramma da Programm = programma / kanaal die Live-Sendung = live-programma die Wiederholung = herhaling die Sendung = uitzending senden = uitzenden übertragen / überträgt / übertrug / übertragen = uitzenden die Nachrichten = nieuws der Videorekorder = videorecorder die Videokassette = videocassette; videoband der Videotext = teletekst aufnehmen / nimmt auf/ nahm auf / aufgenommen = opnemen das Radio = radio der Plattenspieler = platenspeler; pick-up die (Schal)platte = grammofoonplaat der DVD-Spieler = dvd-speler der CD-Player = cd-speler die CD = cd der Kassettenrekorder = cassenterecorder die Kassette = cassette der Walkman = walkman audiovisuell = audiovisueel der Fernsehgebühren = kijkgeld der (Fernseh-/Radio) Kanal = kanaal der Bildschirm = beeldscherm ; beeldbuis die Fernbedienung = afstandsbediening umschalten = overrschakelen der Spielfilm = speelfilm der Krimi = misdaadfilml; thriller der Dokumentarfilm = documentaire der Werbespot = reclamespotje das Studio = studio der Sprecher / die Sprecherin = omroep(st)er der Korrespondent / die Korrespondentin = correspondent(e) / verslaggever / verslaggeefster der Kommentar = commentaar synchronisieren = nasynchroniseren untertiteln = ondertitelen aktuell = actueel der Rundfunk = radio der Stallit = satelliet die Stereoanlage = stereo-installatie der lautsprecher = luidspreker, box der Verstärker = versterker die Videothek = videotheek die CD-ROM = cd-rom das Tonbandgerät = bandrecorder das Tonband = geluidsband; bandrecorder
Ingezonden op 11-03-2017 - 386x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!