Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Mijn eigen "boek"
› 4 Vocabulary
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Mijn eigen "boek"
, deel Fr
4 Vocabulary
Jaar 2 (havo/vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
la ville natale = de geboortestad le décès = het overlijden l'association (v) = de vereniging, de stichting avoir mal au coeur = misselijk zijn une radio = een röntenfoto le fiancé, la fiancée = de verloofde fonder = oprichten un accident = een ongeluk une jambe cassée = een gebroken been aux ugences = naar de eerste hulp, bij de eerste hulp la sono = de geluidsinstallatie la guirlande = de slinger un escabeau = een keukentrapje Pas de souci! = Maak je geen zorgen! Aïe! = Au!, Oei! un camion = een vrachtwagen accueillir = ontvangen Serrez les dents! = Zet je tanden op elkaar! le séjour = de woonkamer au-dessus de = boven (vz) avoir mal à = pijn hebben aan Au secours! = Help! bouger = bewegen toucher = aanraken avertir = waarschuwen guérir = genezen une fracture simple = een enkelvoudige breuk la plâtre = het gips s'appuyer sur = steunen op soigner = verzorgen se sentir = zich voelen la douleur = de pijn remonter le moral à quelqu'un = iemand opbeuren avoir le droit = mogen évidemment = vanzelfsprekend (bw) garder = houden pendant ... semaines = ...weken lang un médicament = een geneesmiddel la gorge = de keel la fièvre = de koorts un ampoule = een blaar le kinésithérapeute = de fysiotherapeut enlever = erafhalen, uitdoen la force = de kracht l'appareil (m) = het apparaat délivrer = afgeven, afleveren un sparadrap = een pleister la toux sèche = de droge hoest la goutte = de druppel la santé = de gezondheid le genou = de knie perdre = verliezen la cheville = de enkel tirer = trekken se trouver = zich bevinden quelque chose = iets une crème solaire = een zonnebrandcrème blanc comme en linge = doodsbleek Tu peux dire ça! = Dat kun je wel zeggen! serrer = stevig vastmaken respirer = ademhalen grave = ernstig le traitement = de behandeling rentrer dans l'orde = in orde komen en plus = bovendien l'infirmière (v) = de verpleegster le poumon = de long tousser = hoesten une ordonnance = een doktersrecept Bon rétiblissement! = Beterschap!
Ingezonden op 28-03-2017 - 536x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
02-04-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!