Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Talen - vwo4
› 6 BWS 6 inkopen doen, gebruiksartikelen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Talen - vwo4
6 BWS 6 inkopen doen, gebruiksartikelen
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
de winkel=der Laden de supermarkt=der Supermarkt het warenhuis=das Kaufhaus de roltrap=die Rolltreppe de afdeling=die Abteilung de speciaalzaak=das Fachgeschäft de boekwinkel=die Buchhandlung de platenzaak=der Musikladen de bakker=der Bäcker de slager=der Metzger / der Fleischer de kapper=der Friseur de markt=der Markt de verkoper=der Verkäufer de verkoopster=die Verkäuferin boodschappen doen=einkaufen gehen kopen=kaufen inpakken=einpacken aan de beurt=an der Reihe ruilen=umtauschen de garantie=die Garantie Waar vind ik ... ?=Wo finde ich ... ? Ik wil graag ...=Ich hätte gern ... Hoeveel kost dit?=Wie viel kostet das? Hoeveel is het bij elkaar?=Was macht das? Een ijsje van 1 Euro=Ein Eis zu 1 Euro duur - goedkoop=teuer - billig gratis=gratis, umsonst de kassa=die Kasse wisselen=wechseln betalen=bezahlen de kassabon=der Kassenzettel de kwitantie=die Quittung de ingang=der Eingang de uitgang=der Ausgang de kleding=die Kleider (mv) / die Kleidung (ev) de broek=die Hose het overhemd=das Hemd de trui=der Pullover de jurk=das Kleid het jack=die Jacke de lange jas=der Mantel het T-shirt=das T-Shirt het ondergoed=die Wäsche de sok, de sokken=der Strumpf, die Strümpfe een paar handschoenen=ein Paar Handschuhe de schoen, de schoenen=der Schuh, die Schuhe de muts=die Mütze de paraplu=der Schrim de tas=die Tasche het plastic tasje=eine Tüte (die Tüten), die Plastiktüte de portemonnaie=die Brieftasche / das Portemonnaie het horloge=die Uhr het sierad=der Schmuck de maat=die Größe de katoen=die Baumwolle de wol=die Wolle passen=anprobieren aantrekken - uittrekken=anziehen - ausziehen zich omkleden=sich umziehen mooi=schön knap=hübsch lelijk=hässlich de sigarette=die Zigarette, die Zigaretten Heb je een vuurtje?=Hast du Feuer? de asbak=der Aschenbecher het servies=das Geschirr het servet=die Serviette het bord=der Teller het glas=das Glas de beker=der Becher de vork=die Gabel het mes=das Messer de lepel=der Löffel de pan=der Topf de koekenpan=die Pfanne de schotel=die Schüssel de emmer=der Eimer het gereedschap=das Werkzeug de schroef=die Schraube het stopcontact=die Steckdose de stekker=der Stecker de lamp=die Lampe de batterij=die Batterie de bril=die Brille de camera=die Kamera het fotorolletje=der Film de CD=die CD, die CDs het tijdschrift=die Zeitschrift (die Zeitschriften) de krant(en)=die Zeitung (die Zeitungen) het boek=das Buch (die Bücher) de poster=das Poster de pen=der Kugelschreiber het potlood=der Bleistift een blaadje=ein Blatt Papier een notitieblok=ein Notizblock de postzegel(s)=die Briefmarke(n) een kaart sturen=eine Karte schicken een cadeau=ein Geschenk de waardebon=der Gutschein de klantenservice=der Kundendienst
Ingezonden op 30-03-2017 - 393x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!